Tag Archives: veiligheid

Ook in 2023 een Bewust Veilig-dag voor bouw en techniek

Gepubliceerd op

Op woensdag 29 maart 2023 organiseert de bouw-, techniek- en onderhoudssector de jaarlijkse Bewust Veilig-dag met als slogan Bewust Bezig = Bewust Veilig. De dag wordt voor het zevende jaar op rij georganiseerd door Bouwend Nederland, Techniek Nederland, OnderhoudNL en Aannemersfederatie Nederland. Met het initiatief willen zij de bewustwording rond veilig en gezond werken binnen de sector vergroten.

Tijdens de Bewust Veilig-dag 2023 zullen bedrijven in de sector op hun eigen manier aandacht besteden aan veilig en gezond werken. Ieder deelnemend bedrijf bepaalt zelf hoe zij deze dag inrichten en welke activiteiten zij organiseren. De brancheorganisaties leveren ondersteunende middelen en inspiratie, maar de invulling van de dag is aan de bedrijven zelf.

Bewust Veilig-dag 2022
Aan de Bewust Veilig-dag van 2022 deden meer dan 400 bedrijven in de bouw, techniek en onderhoud – zowel grote als kleine bedrijven – mee. Zij besteedden elk op hun eigen manier aandacht aan gezondheid en veiligheid op het werk. Ook dit jaar vormt de website www.bewustveilig.com weer de spil waarop alle informatie te vinden is.

Al 60 aanmeldingen
Inmiddels hebben de eerste 60 bedrijven zich al aangemeld voor de editie 2023. Elk bedrijf in de bouw, techniek, infra en onderhoud mag meedoen. Deelname is gratis en vrijblijvend. Vanuit de organisatie ontvangen de deelnemers ideeën en suggesties om het onderwerp te agenderen. Aanmelden kan via www.bewustveilig.com/aanmelden/. Om helemaal op de hoogte te blijven, is Bewust Veilig ook te volgen op Twitter, Instagram en LinkedIn.

Techniek Nederland wil dat minister werk maakt van Gasketelwet

Gepubliceerd op

In 2015 bracht de Onderzoeksraad voor Veiligheid een alarmerend rapport uit over koolmonoxide-risico’s bij cv-ketels. Bijna zeven jaar later zijn consumenten en bedrijven nog altijd niet verplicht om een gecertificeerd bedrijf in te schakelen voor werk aan de cv-ketel en andere gasverbrandingstoestellen. Techniek Nederland vindt dat woonminister De Jonge nu de regie moet nemen over de volledige invoering van de Gasketelwet. Voorzitter Doekle Terpstra: “Ondeugdelijke gastoestellen zijn levensgevaarlijk. Er zijn nog ieder jaar slachtoffers te betreuren door CO-vergiftiging. Het kan zo niet langer.”

In een brief vraagt Terpstra de minister om daadkracht te tonen: ‘Op 1 januari 2023 moet de volledige invoering van de Gasketelwet een feit zijn, inclusief handhaving en publieksvoorlichting.’

Duidelijkheid voor installateurs
Techniek Nederland maakt zich al jarenlang sterk voor de invoering van de zogenoemde Gasketelwet. De ‘harde’ invoering van de wet had al jaren geleden moeten plaatsvinden, maar in plaats daarvan geldt nog altijd een overgangsperiode zonder verplichtingen. Ook is er nog altijd geen duidelijkheid over de certificeringsregeling en de certificerende instellingen. Installateurs weten daardoor niet waar ze aan toe zijn. De volledige invoering van de wet is de afgelopen jaren keer op keer uitgesteld en Techniek Nederland vindt het nu hoog tijd dat aan de onzekerheid voor ondernemers een eind komt. De brancheorganisatie maakt zich daarnaast zorgen over de randvoorwaarden voor een succesvolle invoering van de wettelijke certificering.

Publiekscampagne CO-Vrij
Vanaf het begin was het plan dat de invoering van de Gasketelwet zou samenvallen met een meerjarige publiekscampagne over het keurmerk CO-Vrij. Het ministerie van Binnenlandse Zaken heeft inmiddels laten weten dat zo’n campagne er niet komt. Terpstra: “Een overheidscampagne is geen vrijblijvend extraatje. Goede publieksvoorlichting is nodig om mensen bewust te maken van de risico’s én van de nieuwe regels.”

Handhaving ontbreekt
De Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG) ziet handhaving van de verplichtingen in de Gasketelwet niet als een taak die voor de gemeenten prioriteit heeft. Terpstra: “Zonder adequate handhaving heeft wettelijke certificering niet het gewenste effect op de veiligheid. De verschillende overheden moeten daar helder over zijn en er goede afspraken over maken.”

Vrije verkoop cv-ketels
Als het aan Techniek Nederland ligt, legt het ministerie de vrije verkoop van cv-ketels aan banden. Alleen deskundige, wettelijk gecertificeerde bedrijven zouden de mogelijkheid moeten hebben om cv-ketels te kopen. Terpstra: “Als ondeskundige bedrijven of particulieren met cv-ketels aan de slag gaan, brengt dat grote risico’s met zich mee. Een beperking op de verkoop is een extra slot op de deur.”

Rapport Onderzoeksraad voor Veiligheid
Het rapport dat de Onderzoeksraad voor Veiligheid in november 2015 presenteerde, liet een verontrustend beeld zien van het aantal ongelukken met koolmonoxide. Een aanzienlijk deel van die ongelukken is het gevolg van ondeugdelijk geïnstalleerde cv-ketels. De Onderzoeksraad adviseerde invoering van een verplichte, uniforme erkenningsregeling. Het toenmalige kabinet koos uiteindelijk voor een complex wettelijk certificeringsstelsel.

CO-keur voor kleine bedrijven en zzp’ers

Iedere ondernemer die werkt met en aan cv-ketels, geisers en bijvoorbeeld gashaarden moet vanaf 1 april 2022 voldoen aan de ...

Gasketelwet treedt per 1 oktober in werking

Op 1 oktober 2020 treedt het wettelijk stelsel voor werkzaamheden aan gasverbrandingsinstallaties, zoals cv-ketels, gashaarden en geisers, dan eindelijk in ...

‘Gasketelwet’ komt er eindelijk

Na meer dan vier jaar gaat de ‘Gasketelwet’ er dan eindelijk komen. Vrijdag 25 september publiceerde het ministerie van Binnenlandse ...

Gasketelwet uitgesteld tot na de zomer

Het ministerie van Binnenlandse Zaken meldt dat de invoering van de ‘Gasketelwet’ wordt uitgesteld tot na de zomervakantie. Ook de ...

Brancheorganisaties en bedrijven hameren op bewust veilig en gezond werken

Gepubliceerd op

Morgen, 30 maart, hameren zeker 375 bedrijven in de techniek, bouw en onderhoud extra op bewust veilig en gezond werken. Brancheorganisaties Techniek Nederland, Bouwend Nederland, OnderhoudNL en Aannemersfederatie Nederland organiseren de zesde Bewust Veilig-dag. De animo is groot, zowel onder grote als kleine bedrijven in alle sectoren. En ook daarbuiten: zo doen bijvoorbeeld de provincie Noord-Holland, het ingenieursbureau van de Gemeente Rotterdam en de RET mee. 

“Het hele jaar door werken we met onze collega’s aan producten, diensten en trainingen die veilig en gezond werken onder de aandacht brengen. Op de Bewust Veilig-dag hameren we daar extra op. Want niemand moet gevaar hoeven lopen tijdens zijn of haar werk”, aldus een gezamenlijk statement van Maxime Verhagen (Bouwend Nederland), Doekle Terpstra (Techniek Nederland), Henk den Boer (OnderhoudNL) en Riek Siertsema (Aannemersfederatie Nederland).

Ondersteunende materialen
Ook dit jaar zijn er weer diverse initiatieven op en rond de dag zelf om medewerkers op een ludieke én unieke manier bewust te maken van het belang van veilig en gezond werken. Op bewustveilig.com is de Bewust Veilig-krant kosteloos te downloaden. In 6 talen wordt informatie gegeven over onder andere de nieuwe regels rond rol- en kamersteigers, brand- en explosiegevaar, gevaarlijke stoffen en tools & gadgets voor veilig en gezond werken.

Vier online games over gezond en veilig werken
De Bewust Veilig-organisatie verzorgt dit jaar bovendien vier online games. Spelers kunnen hun persoonlijkheid en de effecten daarvan op veilig en gezond werken ontdekken, maar er is ook een video quiz, een inschattingsspel en een behendigheidsspel. Ze zijn te vinden op bewustveilig.com/games.

Spelenderwijs veiligheidsbewustzijn vergroten
In de video quiz wordt via video’s en vragen informatie gegeven over de ‘onzichtbare gevaren’ van asbest, kwartsstof en stress. In het swipe-spel “Veilig of niet” moeten spelers de veiligheid van een situatie juist inschatten. Uiteraard wordt het juiste antwoord toegelicht. Via de persoonlijkheidstest ontdek je wat voor type je bent en wat dat betekent voor de manier waarop je met veiligheid omgaat. En in het spel Hameren gaat het om snelheid én kennis van waarschuwings- en gebodsborden.

Creatieve invulling deelnemende bedrijven
De honderden deelnemende bedrijven hameren ieder op hun eigen wijze op veilig en gezond werken. Zo trakteert de Combinatie Herepoort op een gebakje met een QR code naar de Bewust Veilig-games. TBI organiseert toolboxen en diverse online sessies, met onder andere Ben Tiggelaar. BINX heeft een interactief programma met o.a. een Virtual Reality-bril, workshop, casus en een pubquiz. Bouwmensen en Inframensen Zuid zetten voor leerlingen op verschillende vestigingen de hele week in het teken van Bewust Veilig.Klomp Technisch Beheer uit Amsterdam heeft – in samenwerking met Techniek Nederland – een fotowedstrijd georganiseerd. Ook de divisie industriebouw van Ballast Nedam daagt medewerkers uit om veiligheid te visualiseren in een leuke en originele foto. Barendrecht Elektra organiseert een veiligheidsquiz voor al haar medewerkers. De Boer en De Groot onthult op 30 maart de veiligheidsborden en het karakter van de interne veiligheidscampagne. De Bedrijfskring Heerhugowaard organiseert een interactieve na-middag/avond met voorlichting en demonstraties voor ondernemers uit de Gemeente Dijk en Waard. Diverse leveranciers van veiligheidsmiddelen en -diensten komen met speciale aanbiedingen.

Een tree hoger

Gepubliceerd op

De Veiligheidsladder is veelbesproken in de technische installatiebranche. Over het nut ervan lijkt iedereen het wel eens, maar de praktische uitvoering zorgt voor nogal wat hoofdbrekens. Wat is verplicht en wat niet? Hoeveel geld gaat het de bedrijven kosten? En wat levert het concreet op?

Vanaf 1 januari van dit jaar hanteren opdrachtgevers die hun opdracht aanbesteden volgens de afspraak Veiligheid in Aanbestedingen (ViA) de zogenoemde Veiligheidsladder (NEN Safety Culture Ladder). De Veiligheidsladder is een methode om veiligheidsbewustzijn en bewust veilig handelen in bedrijven te meten en beoordelen. De nadruk ligt hierbij op de veiligheidscultuur. De Veiligheidsladder verdeelt veiligheidsbewustzijn en -gedrag over vijf treden. Hoe meer verantwoordelijkheid, visie op en investeringen in veiligheid, hoe hoger de score. Maar wat betekent het in de praktijk? We peilden de meningen.

Positief en kritisch
Henk Boltendal werkt al 11 jaar bij Telecom Service Groep, een all-round bedrijf voor o.a. technische beveiligingsoplossingen met de hoofdvestiging in het Groningse Leek. In de ongeveer 125 mensen tellende organisatie heeft Henk twee functies; hij is Hoofd Bedrijfsbureau, dus leidinggevende over ongeveer 25 mensen. Anderzijds is hij als KAM-coördinator voor alle collega’s het aanspreekpunt voor veilig en gezond werken. “Twee uitdagende rollen waarin altijd wat te doen is!” Hij is ‘positief-kritisch’ over de Veiligheidsladder. “Ik vind veiligheid heel belangrijk en de Veiligheidsladder zorgt ervoor dat veiligheid een gespreksonderwerp wordt in alle geledingen van een bedrijf. De verantwoordelijkheid ligt daardoor niet alleen bij bijvoorbeeld de KAM-coördinator, maar ook bij de uitvoerenden én het management. De Veiligheidsladder leidt tot een aanpak op de niveaus van beleid, strategie én uitvoering.”
Daarentegen vindt Henk de manier waarop de Veiligheidsladder wordt ingevoerd op sommige vlakken te rigoureus. “De basis is bij ons op orde: we hebben een actuele RI&E inclusief plan van aanpak, we zijn VCA-gecertificeerd en de risico’s binnen ons bedrijf zijn laag.” Dan is de Veiligheidsladder wel een heel zwaar instrument.” De Veiligheidsladder wordt daarnaast als een bureaucratisch drukmiddel ervaren, aldus Henk. “Je kunt het ook niet doen, natuurlijk. Maar dan kun je op den duur niet meer meeschrijven in aanbestedingen; iets dat sommige bedrijven de das om zou doen.”

Trainer aan het woord
Harm van Heukelum geeft workshops over de Veiligheidsladder en is in het dagelijks leven werkzaam als adviseur bij Aboma en gespecialiseerd in het thema veiligheidsgedrag en -cultuur. In twee dagdelen neemt hij vakmensen mee door het hele certificeringsproces.” Harm is enthousiast over zijn ervaringen tot dusverre. “Als je ziet hoeveel bedrijven inmiddels aan de slag zijn gegaan met het thema veilig­heidsgedrag en -bewustzijn en het uiteindelijk heel waardevol vinden, dan zal dat je misschien verbazen. Ik zeg altijd: ‘als bedrijf moet je je bezighouden met je veiligheidscultuur, en de Veiligheidsladder is dan de meetlat.’ Veiligheidscultuur raakt bovendien aan zoveel andere thema’s, of het nu gaat om visie, leiderschap of communicatie. Daar wíl je op inzetten!” Maar is de branche er klaar voor om nog een extra stap te zetten? Wat zijn zijn ervaringen? “Ja, de branche is er klaar voor. Of beter gezegd: de branche heeft geen keus. Gewoon omdat het verplicht is.” Harm heeft wel een tip. “Zoek de dialoog op. Deel best practices maar ook je behoeftes. Want de kans is groot dat je niet de enige bent. Dus blijf met elkaar in gesprek!”
Het moet groeien
José Hoedemakers, KAM-coördinator bij Installatietechniek Louwer en deelnemer aan één van de workshops van Harm, geeft aan dat het vertrouwen in de Veiligheidsladder in haar bedrijf moest groeien. “Aanvankelijk waren er twijfels, maar achteraf gezien was het eigenlijk een heel mooi proces! Het heeft ons veel positieve dingen gebracht, en uiteindelijk wordt het systeem gedragen door al onze 40 medewerkers. Inmiddels zijn we op trede twee gecertificeerd en is iedereen overtuigd van het nut, dat zie je op de werkvloer terug!” Als QHSE-manager bij Feenstra (1500 medewerkers) houdt Danny den Brok zich al langere tijd bezig met het thema veiligheidscultuur. “Ik vind de Veiligheidsladder hiervoor wel echt een mooi instrument. Het zet aan tot denken én actie. Om kritisch te blijven en voortdurend te verbeteren.” Voor collega-deelnemer Marvin van Dijk, KAM-coördinator bij Mossink Elektrotechniek in Hoevelaken kwam het instrument als een verrassing. “Het viel een beetje rauw op ons dak. We werken al lang op dezelfde manier, waarom moeten we dat in bepaalde hokjes plaatsen? Maar nu we ermee aan de slag zijn gegaan merk ik wel: dit gaat ons op de lange termijn veel opleveren.”

De wetenschapper
Dr. Frank Guldenmund werkt al bijna 30 jaar bij de sectie Veiligheidskunde van de TU Delft. “Sinds halverwege de jaren ’90 houd ik mij bezig met het onderwerp veiligheidscultuur, wat toen nog relatief nieuw was. Ik ben geïnteresseerd in het gedrag van mensen in onder andere industriële omgevingen.” Frank is daarnaast coördinator van de post-initiële masteropleiding genaamd Safety, Health and Environment (MoSHE) én zit in het bestuur van de Nederlandse Vereniging voor Veiligheidskunde. Van meet af aan was Frank, dankzij zijn expertise, betrokken bij de Veiligheidsladder. “Toen de Veiligheidsladder werd geïntroduceerd, ben ik gevraagd deze te beoordelen. Ik kwam destijds tot de conclusie dat het meer een systeemaudit is dan een cultuuraudit. Wees je ervan bewust dat de Veiligheidsladder slechts één weg naar Rome laat zien, maar er zijn er natuurlijk meer. Ik raad aan altijd zelf te blijven nadenken met de Veiligheidsladder als leidraad.”

Basis versterken
De Veiligheidsladder biedt veel kansen. Frank: “De veiligheidsstructuur is het fundament onder de daadwerkelijke veiligheid binnen je bedrijf. De Veiligheidsladder is een methode om deze basis te versterken. Met een kwalificatie op de Veiligheidsladder kun je meedoen in meer aanbestedingen, maar je kunt er zelf ook actief mee aan de slag om de veiligheid in je bedrijf te verbeteren. Wat de ladder beoogt, is dat je veilig en gezond werken onder de loep gaat nemen. En dat is, heel simpel, uiteindelijk waar het om draait. Dat je een gezamenlijk beeld hebt van wat veiligheid is en hoe je dat met elkaar creëert. Niet met een houding van ‘ik doe het zo, en dat is veilig’, maar dat je open staat voor andere invalshoeken en van elkaar leert. En dan zul je vanzelf zien dat veiligheid ook een heel leuk thema is!”

Niet extra
Frank constateert dat sommigen ervaren dat veiligheid ‘bovenop’ hun werk komt. Dat je er moeite voor moet doen. “De meeste mensen denken bij veiligheid aan helmen, schoenen en hesjes. Maar naar mijn mening gaat het over kwaliteit, over vakmanschap, over zorg hebben voor elkaar. Door een sterkere veiligheidscultuur te creëren kunnen we hier met z’n allen stappen in zetten. Daarnaast wordt veiligheid vaak gezien als het ‘probleem’ van de afdeling veiligheid. Terwijl je ook kunt zeggen: ‘veiligheid hoort bij ons werk, en we beschouwen het een uitdaging om hier zo goed mogelijk mee om te gaan’. Als we de discussie op dat niveau krijgen, worden mensen gretig om te leren hoe het beter moet. Daar ben ik van overtuigd. En als de Veiligheidsladder daarbij kan helpen, prima toch?” 

Alle informatie over veilig en gezond werken in één app

ArboTechniek heeft een app gelanceerd met daarin alle informatie over veilig en gezond werken Deze veiligheidsapp is gratis te gebruiken ...

Online escaperoom op digitale Bewust Veilig-dag

Op woensdag 24 maart wordt voor de vijfde keer de Bewust Veilig-dag georganiseerd. Op die dag staan aannemers, installateurs, onderhoudsbedrijven, ...

Gezond en veilig aan het werk na de coronacrisis

Carrier introduceert een pakket oplossingen voor het helpen realiseren van een gezonde, veilige, efficiënte en productieve binnenomgeving voor gebouwen. Via ...

Veilig en gezond een duurzame toekomst in

Een jong bedrijf met een duurzame ambitie. WARP Systems in Nieuwkoop heeft groen bloed. Door de dunste watergedragen vloer-, wand ...

Alle informatie over veilig en gezond werken in één app

Gepubliceerd op

ArboTechniek heeft een app gelanceerd met daarin alle informatie over veilig en gezond werken Deze veiligheidsapp is gratis te gebruiken en wordt voortdurend geactualiseerd op basis van nieuwe ontwikkelingen in de branche en feedback van eindgebruikers. ArboTechniek is een initiatief van de sociale partners en Wij Techniek gericht op veilig en gezond werken in de technische installatie- en isolatiebranches.

De app is ontwikkeld door een ontwerpgroep bestaande uit – naast inhoudsdeskundigen en app-bouwers – een aantal vakmensen uit de techniek. Dankzij hun input is de app volledig toepasbaar voor technici die op het punt staan aan de slag te gaan in situaties die wellicht nieuw voor hen zijn. De app kan bovendien gebruikt worden in verschillende techniekopleidingen.

Bondig en overzichtelijk
In de app staat informatie over veilig en gezond werken op een bondige en overzichtelijke manier weergegeven. Deze informatie is daarnaast voorzien van stappenplannen en afbeeldingen, waardoor gebruikers niet voor verrassingen komen te staan als zij voor hen ongebruikelijke werkzaamheden gaan uitvoeren.

Gratis te downloaden
De app is gratis te gebruiken. Meer informatie over de ArboTechniek App en de app zelf is te vinden via www.arbotechniek.nl/app.

Energietransitie vergt meer aandacht voor groepenkasten in woningen

Gepubliceerd op

In het kader van de energietransitie vervangen we steeds meer fossiele brandstoffen door duurzame energiebronnen. In de praktijk leidt dit tot toenemende elektrificatie van de woonhuisinstallatie. Energie wordt opgewekt met zonnepanelen, de woning wordt verwarmd met een warmtepomp, er wordt elektrisch gekookt en ook elektrisch rijden (en daarmee het aan huis elektrisch laden van auto’s) is sterk in opkomst.

Om handvatten te bieden over hoe de veiligheid kan worden gewaarborgd, start Eaton daarom met een bewustwordingscampagne. Wendy van der Aa, Segment Manager Residential bij Eaton: “De toenemende elektrificatie van de woonhuisinstallatie zorgt voor een toenemende belasting van de groepenkast. Het ontwerp van de groepenkast, de documentatie en naleving van wettelijke voorschriften is een niet te onderschatten proces en niet zonder risico’s. Het is als installateur bijvoorbeeld goed om te beseffen dat een zelf samengestelde groepenkast niet voorzien is van een KEMA-KEUR, ook als alle onderdelen dat wél zijn. Om installateurs te ontzorgen, bieden we hen middels deze campagne daarom de nodige handvatten, zodat zij veilige oplossingen kunnen leveren aan hun klanten.”

Langdurige piekbelastingen
Elektrificatie vindt zijn weerslag in de groepenkast. Meer aansluitingen en de toevoeging van zonnepanelen als extra energiebron, maar vooral ook een hogere en continue belasting op specifieke eindgroepen. In traditionele woonhuisinstallaties zijn piekbelastingen vaak van korte duur (bijvoorbeeld wanneer de wasmachine het water verwarmt). Maar wanneer duurzame installaties zoals zonnepanelen worden toegepast, kan in de zomer de groepenkast langdurig en constant met de geleverde PV-stroom worden belast. Daarom dient de groepenkast geschikt te zijn voor het veilig distribueren van de extra PV-stroom die met de aansluiting van zonnepanelen aan de installatie wordt toegevoegd. Hetzelfde geldt voor situaties wanneer een warmtepomp is aangesloten en de accu van een elektrische auto wordt opgeladen. Installateurs moeten voor deze specifieke groepen dan ook rekening houden met gelijktijdigheid van 1, in plaats van een gelijktijdigheid van bijvoorbeeld 0,6. Gebeurt dit niet, dan kunnen de temperaturen in de groepenkast gevaarlijk hoog oplopen, met als gevolg ongewenst afschakelen van groepen of zelfs brand.

Ontwikkelaar van warmtepomp-systemen met PVT-panelen haalt €1,2 miljoen op

Dankzij een financiering van PDENH, DOEN Participaties, Enfuro Ventures en de Rabobank heeft Triple Solar 1.200.000 euro aan werkkapitaal opgehaald ...

De Waterrevolutie

De EPC ging ten onder aan zijn eigen succes. Op meer hadden we niet kunnen hopen als sector. Maar nu ...

De energietransitie: waterstof

De energietransitie gaat niet over één oplossing. Waterstof is één van de oplossingen. Jan Wijbenga van het bedrijf Feenstra is ...

Consortium wil energietransitie gebouwen versnellen

Een consortium van tien Nederlandse bedrijven en instellingen start een samenwerking die met de toepassing van ‘Internet of Energy’ de ...

Online escaperoom op digitale Bewust Veilig-dag

Gepubliceerd op

Op woensdag 24 maart wordt voor de vijfde keer de Bewust Veilig-dag georganiseerd. Op die dag staan aannemers, installateurs, onderhoudsbedrijven, grondverzetbedrijven en andere gespecialiseerde onderaannemers extra stil bij veiligheid op de bouwplaats. Dit jaar is er een online escaperoom. Hier kan worden ‘ontsnapt' uit onveilige situaties.

De bouw en infra staat nog steeds in de top drie van onveilige sectoren. Om veilig werken onder de aandacht te brengen organiseren de vier organisaties jaarlijks de Bewust Veilig-dag. Werkgevers bepalen zelf hoe ze meedoen, bijvoorbeeld door posters op te hangen, of een toolboxmeeting te organiseren. Dit jaar is er, naast de online escaperoom, ook een digitale krant. Hierin wordt stilgestaan bij thema's zoals werken op hoogte, werken langs de weg, werken met gevaarlijke stoffen en werken met elektriciteit.

Breed initiatief
Initiatiefnemers van de Bewust Veilig-dag zijn Aannemersfederatie Nederland Bouw en Infra, Koninklijke OnderhoudNL, Techniek Nederland en Koninklijke Bouwend Nederland. De vier werkgeversorganisaties organiseren de dag om iedereen extra goed te laten nadenken over veiligheid tijdens het uitvoeren van werkzaamheden. Veiligheid is een verantwoordelijkheid van de hele sector waarbij iedereen aan het einde van de dag weer gezond naar huis gaat.

Aanmelden voor de dag kan hier: www.bewustveilig.com.

Gezond en veilig aan het werk na de coronacrisis

Carrier introduceert een pakket oplossingen voor het helpen realiseren van een gezonde, veilige, efficiënte en productieve binnenomgeving voor gebouwen. Via ...

Betuwse camping voorzien van veilig en duurzaam watergebruik

Sinds Rob en Sophie de camping De Betuwe Hoeve in Ommeren zo’n 5 jaar gelden hebben overgenomen, hebben ze er ...

Veilig en gezond een duurzame toekomst in

Een jong bedrijf met een duurzame ambitie. WARP Systems in Nieuwkoop heeft groen bloed. Door de dunste watergedragen vloer-, wand ...

Veilig werken aan installaties voor gasverbranding

Om het aantal ongelukken door koolmonoxide terug te dringen, mogen werkzaamheden aan gasverbrandingsinstallaties vanaf 2022 alleen nog worden uitgevoerd door ...

Bouwplaatsen tijdens lockdown vaker doelwit van materiaaldieven

Gepubliceerd op

Inbrekers wijken tijdens de lockdown steeds vaker uit naar bouwplaatsen. Ze worden bovendien slimmer en professioneler. Vanwege de minder goede bewaking zijn ook kleine bouwplaatsen inmiddels een populair doelwit van het dievengilde. Dat concludeert specialist in camerabewaking Kooi na het analyseren van interne data. De vraag naar camera’s waarmee daders kunnen worden gesignaleerd en geïdentificeerd groeit sterk.

Losliggende materiaal op bouwplaatsen, zoals kleine apparaten en waardevol gereedschap, is sinds de lockdown vaker het doelwit van professionele dieven. Nu het rustiger is op straat en minder personeel aanwezig is op bouwplaatsen zien dieven hun kans schoon. Ten opzichte van de jaren hiervoor worden ze steeds professioneler.

Schade van duizenden euro’s
Pieter Kooi, directeur van het bedrijf dat zaken doet in verschillende Europese landen: “Kruimeldieven die over een hek klimmen om een beetje rond te kijken zien we steeds minder. Criminelen komen tegenwoordig in een al dan niet gestolen voertuig aanrijden en weten precies wat ze willen meenemen. Dat gaat dan vaak om (koperen) kabels, rijplaten en isolatiemateriaal. De schade kan al gauw in de duizenden euro’s lopen en dan hebben we het nog niet eens over de schade die ontstaat doordat het bouwproces vertraging oploopt.”

Efficiënt bedrijfswagens beheren

TomTom Telematics voegt een nieuwe functie toe aan zijn Webfleet fleet management oplossing. Trailer en Asset Tracking geeft bedrijven inzage ...

Politie zet beelden cv-keteldieven online

In het Friese Feanwâlden werden eind juli ‘s nachts 30 cv-ketels uit een container gestolen. Gisteren heeft de politie besloten ...

‘Scholen weer open? Let ook op ventilatie, riolering en drinkwater’

Gepubliceerd op

Op 11 mei gaan de basisscholen, peuterspeelzalen en kinderopvang weer open. ISSO en TVVL wijzen erop dat goed ventileren, een goed functionerende riolering, veilig drinkwater en legionellapreventie in deze gebouwen net zo belangrijk is als een 1,5 meter beleid. Onderhoudsinstallateurs en gebouwbeheerders moeten scholen en kinderopvang hierover adviseren.

De REHVA-richtlijn stelt dat in slecht geventileerde ruimten het besmettingsgevaar voor Covid-19 niet uit te sluiten valt. Om verspreiding van het Corona-virus tegen te gaan zijn de volgende adviezen voor goede ventilatie erg belangrijk, aldus ISSO en TVVL:
- Controleer voordat de scholen open gaan of de ventilatie van klaslokalen in orde is. Laat mechanische systemen controleren op hun werking en inwendige hygiëne.
- Zorg ervoor dat natuurlijke ventilatievoorzieningen (te openen ramen, gevelroosters) optimaal gebruikt worden.
- Voorzie de lokalen bij voorkeur van een CO2-meter met stoplichtindicator, zodat duidelijk is wanneer extra ramen geopend moeten worden voor een goede luchtkwaliteit. Stel de instellingen hiervan tijdelijk zo in dat bij 700 ppm het oranje licht gaat branden en vanaf 800 pm het rode lichtje.
- Adviseer de scholen om elk uur even te luchten. In scholen met natuurlijke luchttoevoer moeten sowieso de ramen en roosters zo veel mogelijk worden geopend.
- Controleer de bedrijfstijden: zorg ervoor dat er continu enige ventilatie is in het gebouw (ook ‘s nachts) en stel systemen in op maximum ventileren overdag. Laat toiletafzuiging 24 uur per dag draaien. Pas de regelinstellingen van eventueel aanwezige CO2-gestuurde ventilatiesystemen aan, zodanig dat ook als maar de helft van de leerlingen aanwezig is, voluit wordt geventileerd.
- Verhelp storingen, waardoor ventilatie uitvalt, zo snel mogelijk.
Zodra de scholen weer in rustiger vaarwater komen kan weer worden geadviseerd over verbetering van de ventilatieprestaties en zo nodig intensivering van het onderhoud. Want dat de ventilatie in veel scholen voor verbetering vatbaar is, is geen onbekend probleem.

Legionellagevaar
Een ander aandachtspunt is legionellagevaar. Tappunten zijn mogelijk enkele weken niet gebruikt, waardoor de drinkwaterkwaliteit achteruit is gegaan en er zelfs een mogelijk legionellarisico is ontstaan. Ook kunnen de watersloten van onder andere wastafels en schrobputjes droog staan, waardoor een open verbinding met het riool ontstaat. Hierdoor kunnen bacteriën en virussen uit het riool zich in het gebouw verspreiden. Het advies aan de scholen is de tappunten goed te spoelen en watersloten te vullen met water, eventueel met een beetje slaolie bij watersloten waar nauwelijks water doorheen stroomt, om de verdamping te verminderen.
Een goede toilethygiëne helpt om overdracht van infecties te beperken. Dat beperkt zich niet alleen tot handenwassen (met zeep!) na toiletgebruik in de toiletruimte, maar ook het doorspoelen met gesloten toiletdeksels, indien aanwezig.

Vraagbaak voor leegstand en installaties
Gebouwbeheerders, installateurs of adviseurs die tegen praktijkproblemen aanlopen op genoemde gebieden, kunnen vragen stellen via: helpdesk@corona-techniek.nl. Een expertteam, bestaande uit specialisten van Techniek Nederland, VLA, TVVL, ISSO, bba binnenmilieu, Franchimon ICM, GGD, Arbo-techniek, TNO, Universiteit Gent, TU Eindhoven en VCCN, staat klaar om advies te geven.

Op onze nieuwsbrief abonneren

Protocol ‘Samen veilig doorwerken’ aangepast voor rijden naar werk

Gepubliceerd op

Het protocol ‘Samen veilig doorwerken’ voor de sectoren Bouw en Techniek is op 17 april jl. aangepast. Aanleiding hiertoe is het onderdeel samen reizen waarover veel vragen werden gesteld aan de Helpdesk Corona Bouw & Techniek. Hierop hebben cao-partijen waaronder Bouwend Nederland, Techniek Nederland, FNV en CNV geanticipeerd en intensief overleg gevoerd met het ministerie van Binnenlandse Zaken (BZK). Het advies is: rijd zoveel mogelijk apart, samen rijden naar een project of klant mag alleen als er geen andere opties zijn.

Het advies is en blijft om zoveel mogelijk alleen te reizen. Zijn er geen andere mogelijkheden als eigen of openbaar vervoer of een andere planning, dan kan men met 2 personen in een vervoersmiddel samen reizen, mits hierbij de nodige extra hygiënemaatregelen in acht worden genomen. Bij meer dan 2 personen in één vervoersmiddel moet minimaal 1,5 meter afstand tussen alle personen aanwezig zijn. Als je met 3 of meer personen in een vervoersmiddel zit en dichter dan 1,5 meter van elkaar bent, kun je worden beboet (tenzij je een gezin vormt of huisgenoten bent).

In onderstaande checklist vind je de complete routing om te bepalen of samen reizen een optie is.

Samen werken en lunchen
Voor samen werken binnen 1,5 meter blijft het uitgangspunt dat dit zoveel mogelijk voorkomen moet worden. Als het onvermijdbaar is, mag met twee of meer personen gewerkt worden met minder dan 1,5 meter afstand. Wees hierbij extra alert, maak afspraken over hoe veilig gewerkt kan worden, raak voor zover mogelijk niet dezelfde oppervlakken aan, gebruik afscherming als dit mogelijk is en volg de hygiëneregels (was handen zeer regelmatig, hoest en nies in de elleboog, raak het gezicht niet aan). Ook samen lunchen met meer dan 2 personen mag wanneer er voldoende afstand, minimaal 1,5 meter, wordt gehouden.

Scherm in de bus
Een veelgehoord initiatief is het aanbrengen van een scherm of schot in de bus/auto. Een scherm of schot in de bus plaatsen is niet nodig als je de regels van het RIVM opvolgt. Een dergelijk scherm kan de verkeersveiligheid in gevaar brengen en is niet acceptabel als vervanging van de regels uit het protocol. Als je alle regels uit het protocol opvolgt en je tóch veiliger voelt met een scherm, dan kun je dit uiteraard aan laten brengen. Let er dan goed op dat deze het zicht niet belemmert en maak het schot of scherm na elke rit schoon met een ontvettend sopje of 70% isopropylalcoholdoekjes.

Op onze nieuwsbrief abonneren

‘Samen veilig doorwerken’ in gratis video vervat

Gepubliceerd op

VCA-cursus.com heeft het protocol ‘samen veilig doorwerken’ in een video gegoten. Dit onder het motto: Visueel onthoud je alles beter. In de video worden de belangrijkste maatregelen uit het protocol uitgelegd. Deze film wordt ter beschikking gesteld aan alle bedrijven en andere organisaties zodat zij op een heldere en consistente wijze kennis kunnen nemen van hoe iedereen tijdens deze coronacrisis toch samen veilig kan blijven doorwerken.

Om het coronavirus in te dammen, zijn maatregelen nodig. Bouwend Nederland, Techniek Nederland, de vakbonden, ministeries en andere vertegenwoordigers hebben daarom de handen ineen geslagen en het protocol ‘samen veilig doorwerken’ opgesteld. In dit protocol staan concrete maatregelen benoemd om samen veilig te kunnen doorwerken in de bouw en aanverwante sectoren.

Visueel leren
“VCA-cursus.com staat voor pro-visueel leren”, vertelt Paul Bongenaar van het trainingscentrum: “Ook wij werden getroffen; onze trainingen en examens kunnen niet doorgaan. Met deze extra tijd wilden wij iets terugdoen voor andere bedrijven. Wij werken bij onze cursussen altijd met praktijkgerichte films; visueel onthouden cursisten immers meer dan als ze alles moeten lezen. Om andere bedrijven in de bouwsector te helpen, hebben we het protocol visueel gemaakt.”

Bekijk de video via deze link: https://www.vca-cursus.com/pers

Op onze nieuwsbrief abonneren

Binnen week protocol veilig doorwerken voor Bouw en Installatietechniek

Gepubliceerd op

Techniek Nederland en Bouwend Nederland hebben een voorstel voor het protocol ‘Samen veilig doorwerken’ ingediend bij het Ministerie van Binnenlandse Zaken. Dit protocol wordt de komende dagen getoetst op inhoud en werkbaarheid door onder andere het RIVM en de Inspectie SZW. Een definitief protocol, dat antwoord geeft op de vraag hoe veilig kan worden doorgewerkt in de bouw- en technieksector, wordt binnen een week gepresenteerd. Tot die tijd gelden de richtlijnen van het RIVM, die Techniek Nederland en Bouwend Nederland al hebben toegespitst op hun sectoren.

Techniek Nederland, Bouwend Nederland en de Rijksoverheid hebben input voor het protocol geleverd. Zodra het protocol definitief is, komen er onder meer posters en flyers om werknemers en opdrachtgevers duidelijkheid te geven over de gewenste richtlijnen. Het protocol komt overeen met richtlijnen die nu al te vinden zijn op de websites van Techniek Nederland en Bouwend Nederland.

Toetsing door RIVM en Inspectie SZW
Doekle Terpstra, voorzitter Techniek Nederland: “De kracht van dit protocol is dat het een gezamenlijk product is van werkgeversorganisaties en de rijksoverheid. Dit vraagt, ondanks dat de urgentie groot is, om afstemming. De toetsing door onder andere RIVM en de Inspectie SZW is van essentieel belang. Het goede nieuws is dat installateurs en bouwers in de tussentijd gebruik kunnen maken van de duidelijke richtlijnen die nu al op onze websites staan.”

Zorgvuldigheid van belang
Maxime Verhagen, voorzitter Bouwend Nederland: “We zijn ons bewust van de noodzaak om zo snel mogelijk met een duidelijk protocol te komen over werken in de bouw- en technieksector, maar behalve snelheid is ook zorgvuldigheid hier van belang. Het protocol zou geen ruimte moeten bieden voor interpretatie en heldere richtlijnen moeten geven voor werkgevers, werknemers, opdrachtgevers en particulieren.”

Overleg met ministers
Het protocol is een van de resultaten van het overleg tussen minister Knops van BZK en minister Van Veldhoven van Milieu en Wonen met voorzitter Doekle Terpstra van Techniek Nederland en voorzitter Maxime Verhagen (Bouwend Nederland). Doel van dit overleg is om duidelijke afspraken te maken waardoor de sector, zoveel mogelijk, veilig kan blijven doorwerken. De bouw- en technieksector is immers een essentiële motor voor de Nederlandse economie.

Veilig werken bij mensen thuis
Het protocol biedt duidelijkheid aan bedrijven, opdrachtgevers, klanten en werknemers over de mogelijkheden om veilig door te werken in deze lastige tijd. Ook de manier waarop werkzaamheden bij mensen thuis veilig door kunnen komen aan bod. Uitgangspunt van dit protocol zijn de geldende adviezen en maatregelen van het RIVM.

1,5 meter afstand
Totdat het protocol van kracht is, blijven de huidige richtlijnen gelden. Ook op de werkvloer moet zoveel mogelijk de RIVM-richtlijn van 1,5 meter afstand tot elkaar nageleefd worden, zowel bij het vervoer naar en van de bouwplaats als op de bouwplaats zelf.

Op onze nieuwsbrief abonneren

“Onderzoek eerst wat certificering de cv-installateur gaat kosten”

Gepubliceerd op

De beheerder van kwaliteitsregelingen in de installatiebranche, InstallQ, wil dat er een MKB-toets komt voordat de certificering van werkzaamheden aan gasverbrandingsinstallaties een feit is. Hieruit moet blijken of de kosten en de regeldruk door de certificering niet te hoog worden voor met name het MKB en ZZP’ers. De Tweede Kamer heeft op 28 mei 2019 ingestemd met de wettelijke certificering voor verwarmingsbedrijven, die vanaf januari 2021 zal ingaan.

Ed Nijpels, voorzitter InstallQ: “De aanpassing van de Woningwet bevordert de veiligheid van installaties in Nederland en brengt de kwaliteit van de branche op een hoger niveau. Samen met diverse andere organisaties is InstallQ voorstander van een wettelijke regeling voor cv-bedrijven. De keus voor een certificeringsregeling in plaats van een erkenningsregeling brengt echter aanzienlijk extra kosten voor de installateurs met zich mee.”

Capaciteit
“Voor alle werkzaamheden aan gasverbrandingsinstallaties vraagt de markt de inzet van veel bedrijven, waaronder ook MKB-bedrijven en ZZP’ers. Door de kosten van de regeling dreigen deze bedrijven af te haken”, aldus Nijpels. Hij vervolgt dat InstallQ wel op de ontwikkelingen vooruit is gelopen: “InstallQ heeft al een nieuwe certificeringsregeling uitgewerkt. Daarnaast draagt de stichting bij aan het opstellen van de vakbekwaamheidseisen, het invullen van het opleidingstraject en de examens.”

Evaluatie
Op basis van een amendement wordt de wet na drie jaar geëvalueerd. Die evaluatie gaat dan, naast de veiligheid van cv-ketels, over de regeldruk en de kosten voor bedrijven en consumenten. Maar de hoge kosten hebben installatiebedrijven dan al moeten maken, vindt InstallQ. De beheerder heeft er daarom in een eerder stadium van de discussie rond de nieuwe wetgeving op aangedrongen om nadrukkelijker naar de kosten te kijken.

Opleidingen
Mede op initiatief van het onderwijsfonds OTIB is recentelijk een online-zelftoets, een theorietoets en een praktijkexamen ontwikkeld. Deze komen binnenkort beschikbaar. Op basis hiervan kunnen cv-monteurs aan de technische eisen van de nieuwe regeling voldoen. Zo kunnen zij zich goed voorbereiden op de wijziging van de Woningwet, die per januari 2020 van kracht wordt. Voor de wet geldt een overgangstermijn van een jaar.

Bij InstallQ zijn circa 7.300 installatiebedrijven erkend. Daarnaast treedt InstallQ op als schemabeheerder voor certificeringsregelingen. In totaal kent InstallQ rond de 1.000 gecertificeerde bedrijven. InstallQ is in januari 2019 ontstaan uit een fusie tussen KvINL en Sterkin.

Wettelijke certificering cv-bedrijven moet kaf van koren scheiden

Gepubliceerd op

Zoals verwacht heeft de Tweede Kamer gisteren ingestemd met de wettelijke certificering voor verwarmingsbedrijven. Vanaf januari 2021 mogen alleen gecertificeerde bedrijven met vakbekwame monteurs nog werkzaamheden verrichten aan cv-ketels, geisers en gashaarden. De wetswijziging gaat januari 2020 in. Tijdens de overgangstermijn van een jaar, die dan begint, helpt Techniek Nederland monteurs om te voldoen aan de nieuwe vakbekwaamheidseisen. Daarvoor zijn binnenkort een online-zelftoets en een theorie- en praktijkexamen beschikbaar. De installatie- en servicebedrijven krijgen ondersteuning van Techniek Nederland bij het certificeringsproces.

Na drie jaar evalueert de overheid wat het effect van de wet is op de veiligheid van cv-ketels, de regeldruk en kosten voor bedrijven en consumenten. De nieuwe regels worden opgenomen in een wijziging van de Woningwet. Later dit jaar volgt de concrete uitwerking in een Algemene Maatregel van Bestuur die wordt aangewezen in het Bouwbesluit. De Eerste Kamer spreekt zich dit najaar nog uit over de wetswijziging.

Belangrijke stap
Techniek Nederland zegt tevreden te zijn met het besluit, omdat het een belangrijke stap is naar minder ongevallen met cv-ketels. In 2015 bleek uit een rapport van de Onderzoeksraad voor Veiligheid dat koolmonoxide bij cv-ketels onnodig veel slachtoffers eist. Voorzitter Doekle Terpstra: “Elk jaar is er een aantal ongevallen met cv-ketels te betreuren als gevolg van koolmonoxide. Techniek Nederland heeft in 2015, na de publicatie van het rapport van de Onderzoeksraad, meteen haar maatschappelijke verantwoordelijkheid genomen. Wij pleiten al jaren voor een wettelijk verplichte certificering voor cv-bedrijven. We zijn blij dat de Tweede Kamer daar nu mee heeft ingestemd. Ieder slachtoffer is er één te veel.”

Kaf van het koren scheiden
Terpstra: “Vanaf januari 2021 ben je als bedrijf in overtreding wanneer je niet over het vereiste certificaat beschikt en tóch werkzaamheden aan cv-ketels uitvoert. Consumenten kunnen op een website van de overheid vinden welke bedrijven gecertificeerd zijn. Zo scheiden we het kaf van het koren en weet de consument zeker dat hij met een vakbekwame cv-installateur te maken heeft.”

MKB-toets
Voor Techniek Nederland staat veiligheid voorop. Maar tegelijkertijd vindt de brancheorganisatie dat de wettelijke certificering óók haalbaar en betaalbaar moet zijn voor mkb’ers en zzp’ers in de installatiebranche. Terpstra: “Die verzekering hebben we niet gekregen van de minister. Mede op ons aandringen hebben VVD en CDA gevraagd om een MKB-toets. Die moet onafhankelijk vaststellen of de kosten en de regeldruk niet disproportioneel hoog zijn.” De MKB-toets zorgt er naar verwachting wel voor dat de invoering van de wetswijziging enige vertraging oploopt.

Certificering cv-monteurs op zijn vroegst op 1 juli 2021 verplicht

Gepubliceerd op

Het nieuwe certificaat voor monteurs die werken met gasverbrandingsinstallaties wordt op zijn vroegst op 1 juli 2021 verplicht. Gisteren werd hierover gedebatteerd in de Tweede Kamer. Kamer en minister lijken het eens over de invoering van de certificering. De laatste details moeten nog worden gladgestreken, waarvan de belangrijkste lijkt de startdatum van de evaluatie van de certificering. De minister vraagt hiervoor een half jaar langer de tijd dan de kamer wenselijk acht.

Volgende week krijgt dit debat een vervolg. Zowel oppositie- als regeringspartijen in de Tweede Kamer zijn, zoals was voorzien, voorstander van een snelle invoering van de certificering, die tot gevolg zal hebben dat het ongediplomeerd sleutelen aan cv-ketels voor bedrijven én woningeigenaren strafbaar zal zijn. Installatiebedrijven zullen op basis van de nieuwe wetgeving hun bedrijfsvoering zo nodig moeten aanpassen en personeel eventueel laten bijscholen om te voldoen aan de eisen. Naar schatting van de installatiesector zelf, hebben tussen de 1.400 en 2.300 monteurs aanvullende scholing nodig.

Totaal verbod op gasverbrandingsinstallaties
Groen Links had de invoering van deze wetgeving graag gekoppeld gezien aan een verbod op het plaatsen van gasverbrandingsinstallaties, maar stond daarin alleen. Zorgen waren er vanuit de Kamer vooral over de kosten die de invoering van de certificering mee zou brengen voor, uiteindelijk, de consument. De minister wist te vertellen dat onderzoek uitwijst dat de bijscholing van installateurs de tweejaarlijkse onderhoudsbeurt ongeveer 15 euro duurder zou maken. Dat zou geen onoverkomelijke problemen moeten opleveren. De vraag vanuit de Kamer was nog wel wat de kosten van handhaving zouden zijn en of deze uiteindelijk ook bij de burger terecht zouden komen.

0800-nummer
Daarnaast werd de minister nog gevraagd de meldplicht voor koolmonoxide ook voor het vrijkomen van rookgassen te verplichten. De minister antwoorde hierop dit niet zinvol te achten omdat het vrijkomen van rookgassen op zichzelf geen levensgevaar zal opleveren. Verder werd de minister nog aangespoord maatregelen te nemen tegen fabrikanten die onveilige toestellen in de markt hebben gebracht, zoals verplichte terugroepacties en het instellen van een 0800-nummer voor bezorgde eigenaren en huurders. De minister vond dit op de muziek vooruit lopen en wacht eerst de resultaten van onderzoek van de warenautoriteit naar deze toestellen af.

De roep om een wettelijke basis voor werk aan gasinstallaties komt voort uit het Koolmonoxide-rapport van de Onderzoeksraad voor Veiligheid uit 2015. Die concludeerde dat bestaande kwaliteitsregelingen de veiligheid van woningbezitters niet kon borgen. Belangrijkste struikelblokken zullen de kosten en handhaving zijn, meldt Techniek Nederland op haar site. Zo is de angst dat de regeling te duur gaat worden voor installatiebedrijven. Ook zoeken de instanties nog naar de juiste wijze om effectief te kunnen handhaven. Wel is de verwachting dat er een Tweede Kamer-meerderheid voor de stap is.

Brancheorganisatie Techniek Nederland heeft een dossier in pdf gemaakt over de huidige stand van zaken. Die is hier te downloaden.

Rook- en warmteafvoer bijspijkeren

Gepubliceerd op

Rook- en warmteafvoersystemen (RWA-systemen), overdrukinstallaties, parkeergarageventilatiesystemen en tunnelventilatiesystemen zijn voorbeelden van rookbeheersingssystemen (RBS) die zorgen voor een effectieve afvoer van schadelijke gassen, rook en hitte die bij brand vrijkomen. De normen en uitgangspunten voor deze systemen veranderen. Brandveilig Bouwen Nederland (BBN) komt daarom met opleidingen die zorgen dat RBS doelmatig en effectief blijven functioneren.

Door het volgen van de opleidingen doen de cursisten theoretische en praktische kennis op van het verschijnsel brand, RBS in de breedste zin, beheer en onderhoud. De onderwerpen worden functiegericht behandeld en ondersteund met berekeningen en casussen. BBN biedt de opleidingen ‘Ontwerpdeskundige RBS’, ‘Installatie-/onderhoudsdeskundige RBS’ en ‘Beoordelingsdeskundige RBS’ aan. BBN komt ook met een herhalingsopleiding voor diegene die al eens voor het bovenstaande zijn opgeleid.

De opleiding ‘Ontwerpdeskundige RBS’ is bedoeld voor medewerkers van rookbeheersingsbedrijven, inspectie-instellingen, adviesbureaus, medewerkers van brandweer die zich willen specialiseren op dit gebied. De opleiding ‘Installatie-/onderhoudskundige RBS’ is bedoeld voor medewerkers van rookbeheersingsbedrijven en onderhoudsbedrijven betrokken bij de aanleg van RBS en het beheren en onderhouden ervan. De opleiding ‘Beoordelingsdeskundige RBS’ is bedoeld voor architecten, medewerkers van de brandweer of Bouw- en Woningtoezicht betrokken bij de beoordeling/toetsing van PvE’s/UPD’s/Ontwerprapportage RBS.

De opleidingen starten komend najaar en worden gehouden bij Koninklijke Metaalunie in Nieuwegein. De lesdagen bestaan uit 2 blokken van 3 uur en worden verzorgd door deskundigen met jarenlange ervaring. De opleiding Ontwerpdeskundige, Installatie- en onderhoudsdeskundige kan worden afgesloten met een erkend examen afgenomen door Certoplan. Men dient zich hiervoor zelf aan te melden.

Meer informatie op www.BBN.nu

Eerst toets halen dan pas de bouwplaats op

Gepubliceerd op

Vanaf 1 april a.s. is de Generieke Poortinstructie verplicht voor toegang op alle grote bouwplaatsen in Nederland. Deze GPI vervangt alle algemene veiligheidsinstructies. Om toegang te krijgen tot de bouwplaatsen voor werkzaamheden moet de GPI-toets zijn behaald. Dit geldt voor alle eigen medewerkers van bouw- en installatiebedrijven die zijn aangesloten bij de Governance Code Veiligheid in de Bouw, onderaannemers en toeleveranciers maar ook voor vertegenwoordigers van opdrachtgevers en ingenieursbureaus.

Eén uniforme poortinstructie voor alle bouwplaatsen moet verwarring voorkomen, de bewustwording rond veilig werken vergroten en tijd besparen. Het initiatief voor de GPI werd eind 2017 gestart door de Governance Code Veiligheid in de Bouw (GCVidB). Deze richt zich op het verhogen en stimuleren van veiligheid en veilig gedrag in de bouw.

Wat gaat er veranderen?
Vanaf 1 april 2019 moeten álle medewerkers die werkzaamheden verrichten op een bouwplaats kunnen aantonen dat zij de GPI-toets hebben behaald om toegang te krijgen tot de bouwplaats. Het gaat daarbij om medewerkers van hoofdaannemers, onderaannemers, toeleveranciers, transporteurs, ingehuurde krachten tot aan vertegenwoordigers van opdrachtgevers en ingenieursbureaus. Ook als men al in het bezit is van een (VOL) VCA-certificaat of Digitaal Veiligheids Paspoort (DVP) moet men de GPI behalen. Diegenen die alleen op bezoek komt (altijd onder begeleiding) hoeft geen GPI te volgen. Zij dienen de veiligheidsaanwijzingen van hun begeleider op te volgen en worden geadviseerd de veiligheidsinstructie en film voor bezoekers vooraf te bekijken.

Hoe volg je de GPI?
Voor de GPI moet een lesmodule worden gevolgd en toets worden gemaakt op de website www.gpi.nu. Dit duurt ongeveer 25 minuten. Afhankelijk van de werkzaamheden en bouwlocatie waar men het eerst of het meeste komt, wordt een module gekozen. Het gaat erom dat er 'een' GPI wordt gehaald.

Over de GPI
De GPI kent drie verschillende modules: Infra, Bouw & Utiliteit en Installatie. De modules zijn in zes talen te volgen en de toets is in 17 talen te maken. Wanneer de GPI is gevolgd en de toets is behaald, ontvangt men een certificaat. Dit is één jaar geldig. Medewerkers kunnen met het certificaat op alle bouwplaatsen van bij de Governance Code aangesloten bedrijven terecht en hoeven daarmee niet bij elk project opnieuw de algemene veiligheidsinstructie te volgen. Op de bouwplaatsen zal waar nodig nog wel lokaal aanvullende bouwplaats specifieke informatie worden gegeven.

Ondertekenaars
Tot de ondertekenaars van de Governance Code behoren de bouw- en installatiebedrijven Ballast Nedam, BAM, Dura Vermeer, Heijmans, Strukton, TBI, Van den Herik, VolkerWessels, Unica en alle werkmaatschappijen die hieronder vallen. Daarnaast hebben ook ProRail, Rijksvastgoedbedrijf en Rijkswaterstaat de Code ondertekend, evenals acta Safety Professionals, AKD, KIVI en Witteveen+Bos.

“Er moet snel duidelijkheid komen over de ‘levensgevaarlijke’ Agpo Ferroli cv-ketels”

Gepubliceerd op

Techniek Nederland roept Kiwa en de Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit (NVWA) op zo snel mogelijk duidelijkheid te geven over de veiligheid van de Agpo-Ferroli cv-ketels die in het tv-programma Kassa als ‘levensgevaarlijk’ werden bestempeld. Het gaat daarbij om cv-ketels van de typen Econpact, Ultima, Megadens en Megalux met een productiedatum van voor 2011. Voorzitter Doekle Terpstra: “Woningeigenaren en huurders moeten zo snel mogelijk weten of cv-ketels van Agpo-Ferroli kunnen leiden tot onveilige situaties. Daarbij moet vertrouwd kunnen worden op het oordeel van Kiwa en de NVWA. Tot nu toe hebben beide instanties geen aanleiding gezien om toestellen van Agpo-Ferroli van de markt te weren.”

Ook de leden van Techniek Nederland willen weten waar zij aan toe zijn, aldus de voorman van de ondernemersorganisatie. “Installateurs krijgen straks vragen van klanten die dit type cv-ketel in huis hebben. Die moeten zij kunnen beantwoorden. Ook voor hen is het dus belangrijk om te weten wat het standpunt is van Kiwa en de NVWA.’

Onderhoudsrichtlijn
Agpo-Ferroli wijst er in een reactie op dat brandincidenten alleen kunnen voorkomen bij slecht onderhoud. Terpstra hierover: “De leden van Techniek Nederland onderhouden de toestellen volgens de onderhoudsvoorschriften van de fabrikant. Maar zelfs het ontbreken van goed onderhoud mag nooit leiden tot brandincidenten.” Terpstra benadrukt dat Techniek Nederland haar verantwoordelijkheid heeft genomen om veiligheidsrisico’s te voorkomen. Naar aanleiding van een incident in 2018 heeft de ondernemersorganisatie Agpo verzocht om voortaan hittebestendige kit mee te leveren bij vervangende brandersets. Ondanks een herhaalde oproep, mede vanuit de grote servicebedrijven, bleek Agpo Ferroli hiertoe niet bereid.

Openheid van zaken
Agpo-Ferroli meldt op haar website volledig openheid van zaken te hebben gegeven en de NVWA volledig op de hoogte en betrokken te hebbengehouden. 'In 2009 hebben wij zelf via de landelijke pers, nieuwsbrieven aan adviesbureaus, installateurs, cursusaanbod, onderhoudsinstructies iedereen op het probleem gewezen. Er is er altijd openheid van zaken geweest naar de NVWA inzake de aantallen schade gevallen en we doen inspecties. Verder is op verzoek van de NVWA een risicoanalyse gemaakt waarin naar voren kwam dat de overeengekomen maatregelen risico’s minimaliseren en afdoende zijn. Een voorbeeld is dat wij de onderhoudsets preventief hebben aangepast in overleg met de NVWA. Ook hebben we aan onze homepage een speciale link met informatie toegevoegd, met uitleg voor consument en professional. Vanuit de afdeling service, ten slotte, wordt ieder jaar middels een brief uitvoerig gewezen op de officiële onderhoudsinstructies. Intern zijn er procedures en richtlijnen die er moeten zorgen voor een goed veiligheidsbeleid.'

'Alleen bij zwaar vervuilde wisselaars'
Het probleem treedt volgens Agpo-Ferroli alleen op bij zwaar vervuilde wisselaars. Corrosie in de wisselaar treedt alleen op bij aluminium wisselaars in combinatie met lagerookgastemperaturen (condenserende ketels), (90% van de ketels in de markt hebben een aluminium wisselaar). Deze dienen elke twee jaar gecontroleerd en schoongemaakt te worden volgens het onderhoudsvoorschrift. Indien de eigenaar langere tijd geen onderhoud heeft laten uitvoeren, adviseert Agpo-Ferroli dit alsnog te laten uitvoeren door een erkend installateur/service en onderhoudsbedrijf. Mocht er recent onderhoud zijn uitgevoerd door een installateur, dan vraagt Agpo-Ferroli opnieuw contact op te nemen en te vragen of bij het laatste onderhoud ook de wisselaar is gereinigd.
Over de huidige serie hr-etels, de BlueSense, die sinds 2011 op de markt zijn, meldt Agpo-Ferroli: 'Deze heefteen RVS-wisselaar. RVS corrodeert niet. Hier zal ook bij slecht uitgevoerd onderhoud het probleem waar het nu om gaat niet optreden.'

Dagelijks meerdere meldingen van koolmonoxide

Gepubliceerd op

Uit een enquête van de Nederlandse Brandwonden Stichting blijkt dat 85% van de mensen denkt géén risico te lopen op een koolmonoxidevergiftiging. Ook komt naar voren dat een derde niet weet hoe hij een koolmonoxidevergiftiging voorkomt. “Alleen al in de regio Rotterdam-Rijnmond komen dagelijks meerdere meldingen binnen over een mogelijke koolmonoxidevergiftiging”, zegt Peter Schuurmans, Officier van Dienst bij de Veiligheidsregio Rotterdam-Rijnmond. “In bijna de helft van de gevallen blijkt het daadwerkelijk te gaan om een koolmonoxidevergiftiging.”
“Het feit dat er dagelijks meerdere meldingen van koolmonoxide bij de brandweer binnenkomen is zorgelijk. Wij brengen nu in kaart hoeveel incidenten er in alle 25 veiligheidsregio’s plaatsvinden”, vult Jet Vroege aan, Dossierhouder Koolmonoxide bij Brandweer Nederland. “Een koolmonoxidevergiftiging kan echt iedereen overkomen. Het maakt je ziek en leidt in het ernstigste geval tot de dood. Het is van levensbelang dat mensen zich wél bewust zijn van het risico op een vergiftiging én hoe je deze kunt voorkomen. Daarom starten we vandaag, samen met de Nederlandse Brandwonden Stichting, de campagne ‘Stop CO-vergiftiging’.”

Koolmonoxidemelder redt levens
Koolmonoxide ontstaat bij een onvolledige ontbranding. Het is zeer giftig en je ruikt, ziet en proeft het niet. Het is daarom zo belangrijk dat iedereen een koolmonoxidemelder ophangt, op de juiste plaats. Niet alleen bij geisers en gaskachels, maar ook bij (moderne) cv-ketels. Meer dan de helft van de ondervraagden geeft aan geen koolmonoxidemelder in huis te hebben. Vroege: “Dat is zorgwekkend. Alleen een koolmonoxidemelder waarschuwt bij een te hoge hoeveelheid koolmonoxide. Een hardnekkig misverstand is dat koolmonoxide zwaarder is dan lucht. Dit klopt niet: koolmonoxide is iets lichter dan lucht en uit onderzoek blijkt dat koolmonoxide met de warme lucht uit het verbrandingstoestel stijgt. Plaats de koolmonoxidemelder daarom in de ruimte van het verbrandingstoestel hoog aan het plafond. In de overige ruimtes op ademhoogte. Naast het plaatsen van een koolmonoxidemelder is het verstandig om het verbrandingstoestel in huis jaarlijks te laten controleren door een erkend installateur en je huis 24 uur per dag en 7 dagen per week te ventileren.

Sociale partners verzorgen weer Praktijkdagen Veilig en Gezond Werken

Gepubliceerd op

De ‘Praktijkdagen Veilig en Gezond Werken’ komen er weer aan. Ze bieden een platform om actief met veilig en gezond werken in de installatiebranche aan de slag te gaan. Evenals voorgaande jaren zijn er zowel praktijkdagen voor monteurs en uitvoerend leidinggevenden als voor middenkader en management. De praktijkdagen gaan in maart van start en vinden verspreid over heel Nederland plaats.

Op de Praktijkdagen voor monteurs en uitvoerend leidinggevenden komen dit jaar onder meer het (alleen) werken bij risicovolle werkzaamheden, veilig gedrag op het project en branchespecifieke gevaarlijke stoffen aan bod. Ook kunnen de deelnemers een avondmodule over asbestherkenning volgen en een module waarin het certificaat hoogwerker kan worden behaald. De Praktijkdagen vinden vanaf 20 maart op acht verschillende locaties in Nederland plaats. De dagen beginnen om 8.30 uur en sluiten af om 16.30 uur.

De Praktijkdagen voor middenkader en management richten zich onder meer op veilig gedrag en veiligheidscultuur, ketenaansprakelijkheid in het bouwproject en de rol van de preventiemedewerker binnen de organisatie. Deze Praktijkdagen vinden vanaf 27 maart op vier verschillende locaties in Nederland plaats. De dagen beginnen om 9.30 uur en sluiten af om 17.00 uur.

II Mens en Werk, een samenwerkingsverband van de sociale partners in de technische installatiebranche, verzorgt de Praktijkdagen Veilig en Gezond Werken 2019.

Norm voor APK-keuring installaties vernieuwd

Gepubliceerd op

NEN heeft in samenwerking met Uneto-VNI en TVVL de norm voor de veiligheid van technische installaties in woningen vernieuwd. Met NEN 8025 kunnen installateurs eenduidig een algemene periodieke keuring (APK) voor installaties in woningen uitvoeren. Proeven met zo’n woning-APK in Amsterdam en Utrecht lieten zien dat meer dan de helft van de installaties in de gecontroleerde woningen niet veilig waren. Installatiekoepel Uneto-VNI vindt dat woningcorporaties en woningeigenaren de installaties in huis regelmaat moeten laten controleren.

Voorzitter Doekle Terpstra van Uneto-VNI: “Installaties worden complexer, tussentijds aangepast of niet goed onderhouden. Dat kan gevaarlijke situaties opleveren en woningbrand, waterschade, elektrocutie of koolmonoxidevergiftiging veroorzaken. Met de woning-APK kunnen we veel ongelukken voorkomen. Met NEN 8025 hebben we daar nu een eigentijdse norm voor, gebaseerd op de actuele stand van de techniek. Een controle volgens de NEN 8025 is overigens niet verplicht, maar wel aan te bevelen.”

Gas, water en elektra
De NEN 8025 beoordeelt uitsluitend de veiligheid van bestaande technische installaties en technische voorzieningen in woningen. Het gaat hierbij om de vakgebieden gas, water en elektra. Bouwkundige voorzieningen vallen niet onder de norm, aangezien die al in andere normen zijn vastgelegd.

Advies voor veiligheid
Installateurs kunnen met behulp van NEN 8025 inspecteren of de technische voorzieningen in de woning voldoen aan de vereiste veiligheid. Op basis van de inspectie geeft de installateur een advies en kan hij ervoor zorgen dat de installaties weer veilig functioneren. De vernieuwde norm geeft ook een handvat voor het bepalen van de termijn waarop een volgende inspectie moet plaatsvinden.

Groot draagvlak
NEN, Uneto-VNI en TVVL hebben samen met inspectiebedrijven, brandweer, opleiders, leveranciers en woningbouwcorporaties anderhalf jaar gewerkt aan de aanpassing van NEN 8025. Doekle Terpstra: “We zijn blij met het grote draagvlak voor de norm. Ik verwacht dat zowel installateurs als woningeigenaren en woningcorporaties er veel gebruik van gaan maken.”

 

Beperken van risico’s met schadelijk geluid op de werkvloer

Gepubliceerd op

Speciaal voor de technische installatie-branche is de toolbox ‘Schadelijk geluid’ ontwikkeld. Het digitale platform informeert over het beperken van risico’s met schadelijk geluid op de werkvloer. Adviezen hebben betrekking op individuele en collectieve voorzorgsmaatregelen.

De toolbox ‘Schadelijk geluid’ is de zesde toolbox in de reeks van II Mens & Werk-toolboxen. Eerder verschenen toolboxen over fysieke belasting, werken op hoogte, werken met kwartsstof en werken zonder stress en werken met asbest. Eke toolbox stelt u in staat om heel concreet met de veiligheid van u en uw collega’s in uw werkomgeving aan de slag te gaan. Met tekst, beeld en geluid krijgt u een helder overzicht van alle veiligheidsaspecten waarmee u op uw werkvloer rekening dient te houden. Ook geven de toolboxen u praktische adviezen, tips en kennistoetsen. En omdat de informatie digitaal is, kunt u de toolboxen ook op de werkplaats of tijdens toolboxmeetings gebruiken.

Schadelijk geluid
Vakmensen in de technische installatiebranche hebben vaak te maken met hoge geluidsniveaus. Door het gebruik van gereedschappen en machines bestaat het gevaar dat het over de werkdag te berekenen gemiddelde geluidsniveau hoger is dan 80 dB(A). In dat geval is sprake van schadelijk geluid dat kan leiden tot negatieve gezondheidseffecten zoals gehoorvermindering of oorsuizen. Om deze effecten tot een minimum te beperken geeft de toolbox ‘Schadelijk geluid’ u praktisch advies over wat u kunt doen om gehoorschade op de werkvloer te voorkomen. De toolbox-adviezen hebben betrekking op individuele en collectieve voorzorgsmaatregelen en bieden u de juiste bescherming tegen de gevaren van schadelijk geluid.

‘Verwijder rotte appels in plaats van extra eisen aan installateurs te stellen’

Gepubliceerd op

‘Het beroep van installateur is een beroep met verantwoording voor andermans gezondheid en welzijn. Een ongeluk heet niet voor niets een ongeluk maar zo’n tien, meestal onnodige, doden per jaar is te veel. Uiteraard zou daar iets aan gedaan moeten worden maar het al maar meer eisen stellen aan de installateur is hiervoor niet de oplossing. Je moet de rotte appels er tussen uit zien te plukken in plaats van steeds meer eisen te stellen aan de reeds erkende en vakkundige installateurs.’

Dit schrijft Philip van Rijkhuizen als reactie op de nieuwe certificeringsregeling die in de maak is. Van Rijkhuizen is een derde generatie installateur met inmiddels 32 jaar praktijkervaring. Het beroep van installateur is er bij hem van kinds af aan met de paplepel ingegoten. Op zijn 16e begon hij met zijn vakopleiding. ‘Door een ijzeren discipline en een overdosis doorzettingsvermogen’ was hij op zijn 21e in het bezit van al zijn vakdiploma’s (G-M-R-V-W-13711). ‘Samen met 32 jaar praktijkervaring en een gezonde dosis boerenverstand maakten dit mij tot een vakkundig installateur.’

Extra kosten en administratieve rompslomp
‘Extra eisen, de certificering, brengen extra kosten met zich mee en dat is voor vele een last waar ze niet op zitten te wachten. Als ieniemienie ondernemertje ben ik al krap €900,– per jaar kwijt aan mijn Uneto-VNI lidmaatschap en mijn KViNL inschrijving. Dat laatste is voor vele sowieso een doorn in het oog…jaarlijks moeten betalen voor de diploma’s waar we destijds zelf voor hebben moeten knokken. Als je dan ook nog eens moet gaan betalen voor een certificeringsregeling, ga ik waarschijnlijk ruim de duizend euro per jaar voorbij. Naast de extra kosten krijg je dan natuurlijk ook weer te maken met extra administratieve rompslomp. Iets waar je niet op zit te wachten, want als éénpitter heb je standaard al last van chronisch tijdgebrek.

Upgraden naar gecertificeerde installateur lost het probleem niet op
Maar veel belangrijker dan extra onkosten en tijdsverspilling is het feit dat er uiteindelijk verrekte weinig zal veranderen. Erkende installateurs upgraden naar gecertificeerde installateurs zal het probleem sowieso niet gaan oplossen. Voor de doorsnee particulieren opdrachtgever zijn al die termen op bedrijfswagen en briefpapier überhaupt abracadabra. Er zal pas iets significant veranderen als we simpelweg een aantal basisproblemen ontwortelen:
1.            Herinvoering van de vestigingswet: geen vakdiploma’s voor het gewenste vakgebied betekent simpelweg geen inschrijving bij de Kamer van Koophandel. Zonder inschrijving bij de Kamer van Koophandel is er dan dus ook geen inschrijving bij Uneto-VNI mogelijk.
2.            Herinvoering van de keuringen van de technische installaties van woningen bij veranderding van eigenaar of huurder van de desbetreffende woning. Ook steekproefsgewijze controles naar uitvoer van werkzaamheden aan deze installaties ( Gas – Water – Elektra – C.V. ).
3.            Opschonen van het ledenbestand van Uneto-VNI: leden zonder vakdiploma’s de kans bieden alsnog in het bezit te komen van de vereiste vakdiploma’s en anders gewoon uitschrijven. De klant moet ervan op aan kunnen dat de Uneto-VNI installateur een gediplomeerd installateur is en niet iemand wiens opa in een grijs verleden zijn diploma’s heeft behaald en zodoende ingeschreven staat.
4.            Meldpunt voor misstanden van Uneto-VNI installateurs. Niet correct uitgevoerd werk moet kunnen worden aangemeld, vervolgens beoordeeld worden en als blijkt dat de desbetreffende installateur er daadwerkelijk met zijn pet naar heeft gegooid moeten daar consequenties aan vast zitten. Een soort ‘Three strikes out’ systeem, wie niet wil luisteren moet maar voelen…game over!
5.            Invoering verplichte A.P.K keuring voor gasverbruiksapparaten. Zolang het onderhoud en de controle van gasverbruiksapparaten op vrijwillige basis doorgaat zullen er doden blijven vallen. Een deel van de mensen ziet de noodzaak er niet van in en zal dus geen actie ondernemen met mogelijk gevaarlijke situaties als gevolg. Deze situaties hoeven helaas niet per se gevaarlijk te zijn voor de eigenwijze eigenaar maar kunnen dat helaas ook zijn voor de niets vermoedende omwonenden. Een ander deel van de mensen ziet wel de voordelen van onderhoud in maar is niet geïnteresseerd in de hoge kosten van de tripel gediplomeerde installateur en schakelt een voordelige allround klusser in voor de controle van zijn installatie…..valse veiligheid voor een prikkie!
6.            Aanpassing van de polisvoorwaarden bij verzekeraars. Als er problemen ontstaan die toegerekend kunnen worden aan niet door erkende installateurs aangelegden en onderhouden installaties moet uitkering van de schade simpelweg uitgesloten zijn (feitelijk geldt dit voor alle aspecten in de bouwsector). Minder uitkeringen aan problemen die voorkomen hadden kunnen worden betekent ook minder onkosten voor de verzekeringsmaatschappijen en dat betekent dan weer lagere premies voor iedereen die een desbetreffende verzekering wil afsluiten. In België hebben ze dat goed begrepen en is dit al de normaalste zaak. Tevens levert deze aanpak meer werk op voor de gediplomeerde vakman en helpt het de kluskabouters te weren uit de installatiebranche.
7.            Aanpakken van de verkoop van verwarmingstoestellen en warmwaterbereidingstoestellen; deze apparaten zouden simpelweg alleen door de erkende installateur aangeschaft moeten kunnen worden. Dit is tenslotte ook de aangewezen vakman die het apparaat zou moeten aansluiten en in werking zou moeten stellen. Het schoenmaker blijf bij je leest principe; waarom moet iedereen maar alles en overal kunnen aanschaven. Op die manier help je het prutsen in de hand en verlies je de controle al aan het begin van het proces.
8.            Strengere spelregels bij de fabrikanten: geen hulpverlening aan doe-het-zelvers en geen garantie als blijkt dat er geen erkende installateur te pas is gekomen aan montage, in werking stellen en/of onderhoud van het desbetreffende apparaat. Bovendien zou een uniforme onderhoudsinterval van 12 maanden in de handleidingen opgenomen moeten worden. Brandweer Nederland adviseert, vanuit helaas ruime ervaring op dit gebied, een onderhoudsinterval van 12 maanden maar de fabrikanten vermelden onderhoudsintervallen tot wel 24 maanden, enkel en alleen om de klant over te halen voor hun product te kiezen.

Het is treurig te bemerken dat de simpele zielen onder ons worden afgewimpeld als ouwe zeuren terwijl de oplossing voor de problemen is te vinden tussen de regels van onze éénvoudige denkwijze.’

Struikelen of uitglijden komt nog vaak voor op de werkvloer

Gepubliceerd op

Struikelen of uitglijden staat bovenaan in de top 5 van meest voorkomende ongevallen op de werkvloer. Dit blijkt uit onderzoek onder 865 werknemers die betrokken zijn bij veiligheid in de kantooromgeving en op de werkvloer in fabrieken, werkplaatsen en op buitenlocaties in Nederland. “Het geeft aan dat lopen op de werkvloer nog steeds niet zonder risico is”, stelt Jan Piet van Dijk, Director Operations Benelux en Veiligheidscoördinator bij Manutan, het bedrijf dat het onderzoek liet uitvoeren.

44% van de medewerkers op de werkvloer geeft aan weleens een struikel- en/of valpartij te hebben meegemaakt. 25% maakte soms een misstap. “Enerzijds zou er dus meer aandacht moeten komen voor een schone, overzichtelijke werkvloer, anderzijds is het juist toepassen van persoonlijke beschermingsmiddelen, van veiligheidskleding tot val- en gehoorbescherming, heel belangrijk”, benadrukt Van Dijk. Uit het onderzoek komt ook naar voren dat veiligheidsmiddelen in ruim 30% van de gevallen niet altijd aanwezig zijn. “Dat is een hoog percentage,” zegt Van Dijk, “blijkbaar wordt veiligheid nog niet overal even serieus genomen. Daarnaast is het natuurlijk van belang dat de gekozen beschermingsmiddelen passen bij de eisen die de werkomgeving stelt. We hebben bijna 200 verschillende soorten in ons assortiment. Werk je in een natte omgeving, liggen er scherpe voorwerpen op het bouwterrein, werk je met chemische producten of met elektriciteit, kan er iets op je schoenen vallen, kun je met je voet bekneld raken? Allemaal zaken die van belang zijn om bij de aanschaf van de schoenen mee te nemen. Daarnaast zijn natuurlijk maatvoering en comfort belangrijk. De ervaring leert dat medewerkers hun schoenen eerder dragen als ze lekker zitten. En zo geldt dat voor vrijwel alle persoonlijke beschermingsmiddelen: kies de juiste veiligheidsklasse voor de juiste werkomgeving en zorg voor een goede pasvorm waar de medewerker zich prettig in voelt en goed in kan bewegen.”

Top 5 van de meest voorkomende ongevallen die lichamelijk letsel veroorzaken op de werkvloer:
Struikelen of uitglijden 44%
Misstappen 25%
Verkeerd tillen 25%
Geraakt worden of bekneld worden door een machine 15%
Val van minder dan 2,5 meter hoogte 14%

Nieuwe ‘Woning-APK’ binnenkort ter commentaar

Gepubliceerd op

Komende maand zal de nieuwe norm NEN 8025 worden gepubliceerd voor een openbare commentaarronde. Dat is het streven van de werkgroep die is ingesteld om een inspectiemethode vast te leggen voor de elektrotechnische-, gas- en waterinstallatie, inclusief rookgasafvoer en ventilatie. Een dergelijke inspectie moet binnen gemiddeld 1,5 uur per woning kunnen worden uitgevoerd. Het gaat vooral om de visuele inspectie van zaken als gasleidingen en -aansluitingen, de aangesloten verbrandingstoestellen, de status van de meterkast, de wandcontactdozen en schakelaars, de aardklemmen, de afvoeren en riolering, en de ventilatiesystemen.

Voorjaar 2017 riep Uneto-VNI de Tweede Kamer op een verplichte ‘Woning-APK’ in te stellen. De installateurskoepel ontwikkelt hiervoor samen met TVVL (kennispartner in de technologiesector) en andere belanghebbende marktpartijen en organisaties de nieuwe norm NEN 8025. Deze norm richt zich op de periodieke inspectie van de installatietechniek in bestaande woningen. Stelt de overheid hem niet verplicht, dan kan deze norm ook privaatrechtelijk worden aangewezen door de markt. Basis van de nieuwe norm vormt de NTA 8025.

Actualisatie van de NTA is nodig vanwege nieuwe technologische ontwikkelingen, zoals zonnepanelen, laadpalen, warmtepompen en een dichtere gebouwschil. Ook gewijzigde wet- en regelgeving speelt mee, alsmede het feit dat installaties steeds complexer en hierdoor storings- of afstellingsgevoeliger worden. Daarnaast neemt het toezicht verder af, waarvoor de markt invulling moet geven. En de marktvraag is aan het veranderen, onder meer door meer aandacht voor ventilatie en energiegebruik.

Bron: NEN, lees hier het hele artikel

 

 

 

Ziekenhuis voorbeeld van veilig bouwen op Bewust Veilig-dag

Gepubliceerd op

Vandaag vond de tweede editie van de landelijke Bewust Veilig-dag plaats. Ruim 58.000 medewerkers in de bouw- en infrasector en de installatiebranche hebben op meer dan 4.300 bouwplaatsen stil gestaan bij veilig werken. In dit kader bezochten staatssecretaris Tamara van Ark (Ministerie van SZW) en Nicole Kroon (directeur Inspectie SZW) de nieuwbouwlocatie van het Amphia ziekenhuis in Breda. Doekle Terpstra (Uneto VNI) en Maxime Verhagen (Bouwend Nederland) waren namens de organisatoren van de Bewust Veilig-dag aanwezig.

Het gezelschap werd in Breda ontvangen door Roos Leber, lid van de raad van bestuur van Amphia, samen met vertegenwoordigers van het Four Care consortium, bestaande uit Unica, ENGIE Services, Trebbe en Van Wijnen. Dit consortium is verantwoordelijk voor de bouw van het nieuwe ziekenhuis dat in 2019 haar deuren opent. Na een kort welkomstwoord werden alle deelnemers – voorzien van veiligheidshelmen, -hesjes en -schoeisel – rondgeleid over de bouwplaats.

Het Four Care consortium hanteert een duidelijk en strikt veiligheidsbeleid dat in nauw overleg met Amphia ziekenhuis is opgesteld. Iedereen die zich op de bouwplaats bevindt, moet zich vanzelfsprekend houden aan de veiligheidsregels en medewerkers worden op hun veiligheidsgedrag aangesproken. De strikte naleving en handhaving van het veiligheidsbeleid is een belangrijk thema voor het Amphia ziekenhuis, zowel tijdens de bouwperiode als daarna. Ook bij de ingebruikname van het nieuwe Amphia blijft een veilig gebruik van het gebouw door medewerkers, patiënten en bezoekers een speerpunt van het ziekenhuis.

“Veiligheid is vanzelfsprekend een speerpunt bij alle werkzaamheden die wij met onze bouwpartners uitvoeren. Het consortium doet daar geen enkele concessie in, maar we weten ook dat vooral het bewustzijn over veiligheid permanent aandacht nodig heeft. Veilig werken kun je voor een groot deel realiseren met de juiste middelen en maatregelen, maar veiligheid is vooral ook mensenwerk. Initiatieven zoals de Bewust Veilig-dag zijn zeer waardevol om het veiligheidsbewustzijn van alle betrokkenen te vergroten”, vindt John Quist, CEO van Unica, namens het Four Care consortium.

De Bewust Veilig-dag is een initiatief van Bouwend Nederland, Aannemersfederatie Bouw en Infra en Uneto-VNI en vond vandaag voor de tweede keer plaats. De organisaties zijn blij dat er steeds meer keteninitiatieven bestaan waarbij alle bouwpartners een strikt integraal veiligheidsbeleid hanteren, zoals bij het vierkoppige Four Care consortium. Toch is aandacht voor veiligheid en het bewustzijn daarvan onder medewerkers een thema dat permanent aandacht nodig heeft. In de bouw zorgen situaties zoals werken op hoogte, werken met machines en gereedschap en communicatie-uitdagingen voor veiligheidsrisico’s. Tijdens de Bewust Veilig-dag staan werkgevers en werknemers daarom extra stil bij dit thema, met als doel om het veiligheidsbesef structureel te verbeteren.

Stilstaan bij veiligheid op de werkvloer

Gepubliceerd op

Vandaag wordt voor de tweede keer ‘Bewust Veilig’ gehouden. Ruim 58.000 medewerkers in de bouw- en infrasector en de installatiebranche staan stil bij veilig werken. Meer dan 250 bedrijven geven op ruim 4300 bouwplaatsen extra aandacht aan veiligheid op de werkplek. De voorzitters van Uneto-VNI  en Bouwend Nederland bezoeken deze ochtend samen met de Inspectie SZW de nieuwbouw van het Amphia ziekenhuis in Breda.

De bouw is al jaren één van de meest risicovolle sectoren. Ruim een kwart van de ongevallen met een dodelijke afloop vindt plaats in de bouw. Vorig jaar kwamen 20 mensen om door bouwwerkzaamheden. Dat waren er 4 meer dan het jaar ervoor en 11 meer dan in 2015. Uneto-VNI zegt desgevraagd niet over cijfers te beschikken voor de installatiebranche. “Maar die zullen naar verhouding beduidend lager liggen dan in de bouw”, benadrukt Dick Reijman, woordvoerder van de branchevereniging. “Maar elk ongeluk is er een teveel, daarom is de Bewust Veilig Dag zo belangrijk.

Vallen van hoogte, vallende objecten en onjuist gebruik van elektrische gereedschappen zijn volgens Uneto-VNI de drie belangrijkste oorzaken van ongevallen tijdens het werk. Reijman: “Bij ongelukken in onze branche lopen medewerkers nogal eens snijwonden op.” Ook de toenemende werk- en tijdsdruk is een bron van zorg. De branchevereniging adviseert op het werk uit te gaan van het principe ‘wij werken veilig of we werken niet’. Reijman: “Dat moet een gedeeld principe zijn van alle partijen op een project inclusief de opdrachtgever. Veiligheid is topprioriteit. Natuurlijk is er tijds- en werkdruk, maar dat dit mag nóóit leiden tot concessies met betrekking tot de veiligheid van werknemers.”

De ‘Bewust Veilig’ dag is een initiatief van Bouwend Nederland, Uneto-VNI, Aannemersfederatie Bouw, de Governance Code Veiligheid in de Bouw en andere stakeholders. Deze organisaties hebben de handen ineen geslagen om jaarlijks, op de derde vrijdag in maart, Bewust Veilig te zijn. De motivatie is dat iedereen aan het eind van de werkdag weer gezond en veilig naar huis moet kunnen en aan het eind van zijn loopbaan gezond en fit met pensioen. Ongelukken en arbeidsongeschiktheid moeten worden voorkomen en er moeten faciliteiten worden geboden om werknemers duurzaam inzetbaar te houden.

Digitale toolbox ‘Asbest’ voor de installatiebranche

Gepubliceerd op

Speciaal voor de technische installatiebranche is de digitale toolbox ‘Asbest’ ontwikkeld. De toolbox geeft praktisch advies over wat u wel en niet moet doen als u met asbest te maken heeft. De adviezen in de toolbox richten zich zowel op voorzorgsmaatregelen als op maatregelen bij het werken met asbest en bieden de juiste bescherming tegen de gevaren van asbest.

‘Asbest’ is de vijfde digitale  toolbox op het toolboxplatform van II Mens & Werk: https://toolbox.ii-mensenwerk.nl. Eerder verschenen er toolboxen over fysieke belasting, werken op hoogte, werken met kwartsstof en werken zonder stress. En binnenkort verschijnt er ook een toolbox over schadelijk geluid. Elke toolbox stelt u in staat om heel concreet met de veiligheid van u en uw collega’s in uw werkomgeving aan de slag te gaan. Met tekst, beeld en geluid krijgt u een helder overzicht van alle veiligheidsaspecten waarmee u op uw werkvloer rekening dient te houden. Ook geven de toolboxen u praktische adviezen, tips en kennistoetsen. En omdat de informatie digitaal is, kunt u de toolboxen ook op de werkplaats of tijdens toolboxmeetings gebruiken.

Asbest
Meer dan 70 procent van de bestaande gebouwen bevat asbesthoudend materiaal. Het inademen van vrijkomende asbestvezels  – bijvoorbeeld bij het boren, zagen of het verwijderen van asbest –  kan op de langere termijn tot ernstige gezondheidseffecten leiden.

Eigen toolbox
Net als bij de eerder verschenen toolboxen kunnen bedrijven de toolbox ‘Asbest’ personaliseren door bijvoorbeeld een eigen bedrijfslogo en -kleuren aan de toolbox toe te voegen. Ook is het mogelijk om de toolbox aan te vullen met tekst- en fotosheets die specifiek voor uw bedrijf van belang zijn.

Herziene norm voor sprinklerinstallaties gepubliceerd

Gepubliceerd op

NEN heeft de Nederlandse aanvulling op de Europese (in het Nederlands vertaalde) norm voor ontwerp, installatie en onderhoud van automatische sprinklerinstallaties herzien en gepubliceerd. Dit is gebeurd in samenwerking met het deskundigenpanel VBB-systemen van het Centrum voor Criminaliteitspreventie en Veiligheid (CCV). NEN 1073:2018 vormt het eerste ‘tastbare’ resultaat van het convenant dat op 31 maart 2016 door beide partijen is gesloten om de wildgroei in normen en regels voor vastopgestelde brandbeheersings- en brandblussystemen (VBB-systemen) terug te dringen.

In deze nieuwe versie is een groot aantal besluiten en interpretaties van het deskundigenpanel VBB-systemen van het CCV opgenomen. Verder zijn NTA 8073-1 ‘Bepaling van middellijnen van armpijpen bij grote doorstroomhoeveelheden’ en NTA 8073-2 ‘Eisen voor toepassing van thermoplastische spanplafonds in gesprinklerde gebouwen’ van 2011 opgenomen. Tenslotte is NEN 1073 aangepast naar aanleiding van de publicatie in 2015 van de eerste revisie van NEN-EN 12845.

Praktijkdagen: veiligheid vergroten op de werkvloer

Gepubliceerd op

Speciaal voor vakmensen in de technische installatiebranche worden vanaf 14 maart op zeven verschillende locaties in Nederland de Praktijkdagen Veilig Werken georganiseerd. Vakmensen uit de branche kunnen hier hun Arbokennis vernieuwen en gaan in verschillende workshops aan de slag met het vergroten van hun veiligheid op de werkvloer. Er is een programma dat zich richt op monteurs en uitvoerend leidinggevenden. Een ander programma richt zich op middenkader en management.

Het samenwerkingsverband II Mens en Werk verzorgt deze praktijkdagen met als doel de veiligheid van vakmensen en hun collega’s op de werkvloer te vergroten. In de workshops voor monteurs en uitvoerend leidinggevenden komen dit jaar onderwerpen aan bod zoals persoonlijke beschermingsmiddelen, werken in nauwe ruimtes en het voorkomen van uitval door fysieke overbelasting. Ook kunnen de deelnemers een avondmodule volgen waarin het certificaat hoogwerker kan worden behaald. De workshops voor middenkader en management richten zich onder meer op onderwerpen zoals de aansprakelijkheid bij arbeidsongevallen, het omgaan met de gevolgen van alcohol en drugs op de werkvloer en de valkuilen van een V&G-plan.

Kijk voor de volledige programma’s, data, locaties en aanmeldmogelijkheden hier.

KIWA-gecertificeerde beveiliging van drinkwater

Gepubliceerd op

Het FK-5 beveiligingstoestel voor de beveiliging van drinkwater tegen vloeistofklasse 5 is onlangs 2018 KIWA-gecertificeerd. Het certificaat is een bevestiging dat het toestel voldoet aan de Kiwa-beoordelingsrichtlijn BRL-K14030 ‘Terugstroombeveiligingen, Familie A, Type A, B, C, D, F en G conform NEN-EN1717’.

Het Kemper FK-5 beveiligingstoestel (figuur 369) met onderbreking type AB is een compact toestel en biedt maximale bescherming tegen vloeistofklasse 5. Door het besturingssysteem met touchscreen is het eenvoudig te bedienen. Herkenbare symbolen leiden de gebruiker intuïtief door het menu en maken de toepassing van alle functies eenvoudig. FK-5 biedt veel functionaliteit, zekerheid en een groot bedieningsgemak.

Het FK-5 beveiligingstoestel is in twee varianten leverbaar, waardoor hij in veel situaties inzetbaar is. Of nou een grote opvoerhoogte moet worden overwonnen of een grote volumestroom geleverd moet worden, en ondanks zijn compacte afmetingen, heeft hij een grote capaciteit.

Met behulp van de tijdsbesturingsfunctie kunnen individuele bedrijfstijden geprogrammeerd worden. Bovendien worden tappunten hiermee beveiligd tegen onbevoegd gebruik. Een USB-poort maakt het mogelijk de verbruiksgegevens uit te lezen. Ook is aansluiten op het GBS mogelijk.

Het FK-5 beveiligingstoestel kan externe pompen aansturen, bijvoorbeeld voor het bijmengen van stoffen of voor de aanvoer van water uit een externe bron, bijvoorbeeld regenwater. Verder kan het beveiligingstoestel geautomatiseerde spoelmaatregelen van de drinkwaterleiding uitvoeren en heeft het een programma voor het reinigen van de tank.

Voorkomen van schadelijk geluid op de werkvloer

Gepubliceerd op

De sociale partners van de installatie- en isolatiebranches hebben samen de Arbocatalogus ‘Schadelijk geluid’ opgesteld. Deze catalogus geeft inzicht in de risico’s van schadelijk geluid op de werkvloer én de mogelijkheden om deze risico’s te voorkomen of te beperken.

Wie in de installatie- en isolatiebranches werkt, werkt regelmatig in een lawaaiige omgeving. De optelsom van het geluid van mensen, machines en gereedschappen kan al gauw leiden tot een geluidsniveau van meer dan 80 dB(A). Om gehoorschade te voorkomen vraagt de nieuwe Arbocatalogus nadrukkelijk aandacht voor schadelijk geluid in de branches. Aan de hand van actuele wet- en regelgeving biedt de catalogus werkgevers en werknemers tips voor het kunnen meten en terugdringen van het geluidsniveau. Ook geeft de catalogus uitgebreide informatie over verschillende vormen van gehoorbescherming, grenswaarden en alternatieven om geluidshinder te verminderen.

Veilig en gezond werken
De Arbocatalogus is voor werkgevers en werknemers in de installatie- en isolatiebranches een hulpmiddel om aan de Arbowet te kunnen voldoen. De Inspectie SZW controleert de naleving van deze wet en ziet toe op het gebruik van de oplossingen die de Arbocatalogus biedt. De catalogus is echter niet door de overheid gemaakt, maar door de werkgevers en werknemers uit de branches zelf. Omdat de Arbocatalogus een praktisch instrument is dat continu in ontwikkeling is, zijn de in de catalogus opgenomen oplossingen actueel en speciaal afgestemd op het werk in de branches.

“Brandweer wil vaker cv-onderhoud dan fabrikanten en veel installateurs willen”

Gepubliceerd op

Volgens officiële cijfers sterven er in Nederland jaarlijks 10 -15 mensen ten gevolge van een koolmonoxide vergiftiging. Dat aantal ligt waarschijnlijk 3 tot 5 keer hoger, omdat niet altijd de symptomen worden herkend, vertelt Jet Vroege, van Brandweer Nederland. Met deze schrikbarende cijfers in het achterhoofd, adviseert de Brandweer consumenten om jaarlijks onderhoud te laten plegen aan de cv-ketel. Vroege: “Maar de cv-fabrikanten zeggen dat 1 keer in de 18 maanden al volstaat en veel installateurs gaan daarin mee. Het gevolg: de consument raakt in verwarring en gaat soms denken dat de installateur onbetrouwbaar is.”

Hoewel het koolmonoxideprobleem ruimschoots onder de aandacht wordt gebracht, dalen de sterftecijfers niet, vertelt Vroege. “Van de ongevallen die wij in beeld hebben, gebeurt circa de helft bij nieuwe cv-ketels. Er zijn verschillende oorzaken aan te wijzen, zoals ondeugdelijke installatie, rookgasafvoeren die los raken door windstoten en slecht onderhoud. Vanuit het oogpunt van veiligheid adviseren wij daarom om jaarlijks onderhoud te laten plegen aan de cv-ketel. Dat botst met de mening van fabrikanten die 1 x per 18 maanden voldoende vinden. Veel installateurs gaan hierin mee. Wij zouden graag die situatie zien veranderen.”

Uit de contacten die Brandweer Nederland onderhoudt met Uneto-VNI komt duidelijk naar voren dat de branche zich bewust is van de CO-problematiek, beklemtoont Vroege. “Wij trekken ook samen op, bijvoorbeeld bij voorlichtingscampagnes, waarin zij ook hun inbreng hebben.” Ook dringen beide partijen gezamenlijk aan op een nieuwe erkenningsregeling voor cv-installateurs.

Gisteren werd bekend dat deze nieuwe regeling waarschijnlijk pas halverwege 2019 ingaat. Dat is een half jaar later dan oorspronkelijk was gepland. Volgens minister Ollongren van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties is een wetswijziging nodig en kan zij pas in de tweede helft van 2018 een conceptversie aan de Tweede Kamer voorleggen.

Uneto-VNI liet gisteren al weten niet blij te zijn met de verlate invoering van de erkenningsregeling. Ook Brandweer Nederland laat bij monde van Vroege weten “teleurgesteld te zijn”.

Nieuwe beoordelingsmethodiek voor brandrisico’s bij elektra

Gepubliceerd op

De installatiebranche, verzekeraars en inspecteurs hebben gezamenlijk een nieuwe beoordelingsmethodiek opgesteld voor brandrisico’s bij elektra. De manier waarop inspecteurs de risico’s nu nog beoordelen, is niet helemaal sluitend en biedt ruimte voor onduidelijkheid. De nieuwe methodiek maakt hieraan een eind, aldus NEN.

Brand is een groot gevaar voor mens, dier en milieu en kan leiden tot grote economische schade. Een brand met een elektrische oorzaak beperkt zich niet alleen tot een elektrische installatie, een elektrisch apparaat of elektrische uitrusting van een machine. Verspreiding van brand is daarom een belangrijk aandachtspunt in NTA 8220. Naast het beoordelen van het elektrisch materieel op brandrisico, moet ook worden beoordeeld of in de nabijheid van het elektrisch materieel brandbaar materiaal aanwezig is.

Als verzekeraars kunnen verwijzen naar NTA 8220, is voor alle betrokkenen duidelijk dat en hoe het inspectiebedrijf de brandrisico’s van de installatie beoordeelt.

Visuele controle, metingen en beproevingen
De beoordelingsmethode in NTA 8220 bestaat uit visuele waarnemingen, metingen en beproevingen. De visuele controle omvat al het elektrisch materieel dat deel uitmaakt van een installatie, en elektrisch materieel dat in gebruik is op het moment van de controle. Tijdens de controle moet rekening worden gehouden met brandbare materialen in de directe omgeving van het elektrisch materieel. Er wordt hierbij van uitgegaan dat het elektrisch materieel is geïnstalleerd volgens de van toepassing zijnde norm(en) en wordt gebruikt volgens de voorschriften van de fabrikant.

Niet wettelijk verplicht
De NTA 8220 is geen wettelijke verplichting, maar kan geëist worden door verzekeraars aan hun klanten met een brandverzekering. Waar vroeger een vraag was naar bijvoorbeeld een NEN 3140 inspectie vanuit de brandverzekering kan dit hierdoor gaan verschuiven naar een NTA 8220 inspectie of wellicht beide inspecties (waarbij de NTA 8220 een aanvulling is op de NEN 3140).

Samenwerking
NTA 8220 is een samenwerking van UNETO-VNI, I-keur (inspectiebranche) en het Verbond van Verzekeraars. De controlemethodiek is onder het beheer van het Nederlands Normalisatie Netwerk (NEN) vastgelegd in een Nederlands Technische afspraak (NTA).

Vlakke horizontale wandsprinkler

Gepubliceerd op

Johnson Controls kondigt de nieuwe RFIII horizontale wandsprinkler met dekking van Tyco® aan. Deze sprinkler met K-factor 8.0 is geschikt voor bezettingsgraden met lichte gevaren en bestrijkt een gebied van maximaal 4,9 x 7,3 meter en 5,9 x 6,7 meter.

De RFIII heeft een platte afdekking, waarachter de sprinkler in de wand is verzonken. Het is daarom een geschikte optie voor architectonisch gevoelige locaties als hotelkamers, receptieruimtes, feestzalen, conferentieruimtes en ziekenhuizen. Het vlakke profiel voorkomt ook beschadigingen en verstoringen door onbedoelde activering wanneer voorwerpen aan de sprinkler worden gehangen of wanneer deze tegen de sprinkler stoten. De afdekking is in verschillende standaardkleuren verkrijgbaar, maar kan ook af fabriek in klantspecifieke kleuren worden geleverd.

Door de kliksluiting ontstaat een ruimte van 12,7 mm, waarbinnen de sprinkler kan worden afgesteld. De snel reagerende unit is uitgerust met een activeringstemperatuur voor de sprinkler van 71 °C een en nominale beschermingsgraad voor de afdekking van 59 °C. De sprinkler is UL- en C-UL-gecertificeerd.

De RFIII wordt aan de serie Tyco-sprinklers van Johnson Controls toegevoegd. Deze omvat tevens de RFII vlakke, verzonken, hangende sprinkler (ook verkrijgbaar in standaard- en aangepaste kleuren) en de Raven Studio-sprinkler (verkrijgbaar in standaardkleuren of een afdekplaat die ter plaatse kan worden overgeschilderd).

Norm brandveiligheid rookgasafvoersystemen gepubliceerd

Gepubliceerd op

De norm NEN 6062 voor brandveiligheid rookgasafvoersystemen is gepubliceerd. Hierin wordt de bepalingsmethode beschreven waarmee de brandveiligheid van rookgasafvoersystemen (schoorstenen) wordt bepaald. Deze norm is van belang voor fabrikanten en leveranciers, installateurs, ontwerpers en inspecteurs van verbrandingstoestellen en rookgasafvoersystemen.

NEN 6062 ‘Bepaling van de brandveiligheid van rookgasafvoervoorzieningen – Algemeen’ is onderdeel van het normenpakket waarnaar het Bouwbesluit:2012 verwijst. De wijzigingen in deze nieuwe uitgave hebben te maken met:
•             de veegvastheid;
•             de eisen aan de aansluitleiding;
•             de relatie tussen verbrandingstoestel en de daarbij passende temperatuurklasse van het RGA-systeem;
•             de afstand tot brandbare materialen;
•             de minimale wanddikte.

Amsterdamse wethouder woont keuring installaties bij

Gepubliceerd op

De gemeente Amsterdam wil dat woningen in Amsterdam veilig en gezond zijn voor de bewoners. Het is de verantwoordelijkheid van een woningeigenaar dat zijn woning voldoet aan de wettelijke vereisten. De gemeente kan daarop toezicht houden. Onder de noemer ‘verbeteren van de woningkwaliteit’ heeft de gemeente Amsterdam verschillende acties gestart om te zorgen dat Amsterdammers weten wat een veilige en gezonde woning is. En hoe Amsterdammers ervoor kunnen zorgen dat hun woning veilig en gezond wordt als dat nog niet het geval is.

Door veranderde wetgeving en de privatisering van energiebedrijven worden sommige gas- en elektra-installaties niet meer regelmatig gecontroleerd. Om een eerste beeld te krijgen van de installaties in Amsterdam, is een project Installaties gestart. Hierbij worden keuringen van installaties verricht. Deze keuringen worden verricht door HOMIJ Technische Installaties. Onlangs heeft wethouder Laurens Ivens een keuring bijgewoond, waar AT5 verslag van heeft gedaan in de rubriek “Amsterdam Informeert”. Het verslag is te bekijken via youtube.

Kwart Nederlanders controleert koolmonoxidemelder niet

Gepubliceerd op

Een kwart van de Nederlanders die een koolmonoxidemelder heeft, controleert niet of deze nog functioneert. Dit blijkt uit het onderzoek ‘Winterklaar’ dat werd uitgevoerd in opdracht van installateur Feenstra. 20% van de ondervraagden kampte met lekkage omdat de dakgoten niet waren schoongemaakt. “Opvallend is dat bewoners boven de 65 jaar zorgvuldiger omgaan met het winterklaar maken van het huis”, vertelt Ernie van Dalen, directeur bij Feenstra.

Van Dalen: “6% vergeet wel eens de buitenkraan af te sluiten waardoor deze door de vorst knapt. Gelukkig sluit 86% wel de buitenleiding af voordat het gaat vriezen. Daarentegen controleert maar 37% of alle dakpannen nog goed liggen. Een stevige wind heeft aan één losse pan genoeg om een deel van het dak mee te nemen.”

Voor de gezondheid is behalve het controleren van de koolmonixidemeters ook het schoonmaken van de ventilatieroosters belangrijk, stelt Van Dalen. “Toch doet 38% dat niet. Dit kan leiden tot slechte ventilatie. Daardoor wordt de lucht vochtig en loop je kans op schimmel. Bovendien is vochtige lucht moeilijker te verwarmen, dus de energierekening gaat ook omhoog.”

Positief vindt hij dat 88% voor het koude seizoen controleert of er nog voldoende druk op de ketel staat. “66% ontlucht de radiator. Als je de verwarming voor het eerst flink opstookt, kun je. 59% maakt de radiatoren schoon om nare geurtjes te voorkomen die je krijgt van al het stof dat er op zit.”

Keukenbrand na inschattingsfout installateur

Gepubliceerd op

Een inschattingsfout van een installateur zorgde in het Limburgse Vlodrop voor een keukenbrand. De installateur had bij het plaatsen van een keuken ook een aantal gasleidingen omgelegd, meldt De Limburger. Bij het testen daarvan ging het mis. Een deel van de keuken vloog in brand. De brandweer meldde in eerste instantie dat de brand zou zijn ontstaan omdat iemand de gasleiding met een aansteker had gecontroleerd. Maar dat was volgens de bewoner niet waar.

Brand in elektrische installaties voorkomen met vlamboogdetectie

Gepubliceerd op

In de jongste editie van NEN 1010, over beveiliging in een elektrische installatie, wordt voor het eerst de term vlamboogbeveiliging genoemd. Deze ‘Arc Fault Detection’ (AFD) is een aanbeveling, maar geen voorschrift. “Terwijl dat wel zo zou moeten zijn”, vindt Servie Huybers van ABB. “In landen als de VS en Duitsland is vlamboogdetectie wél verplicht. 30% van de branden ontstaat in de elektrische installatie en een deel daarvan kan worden voorkomen met vlamboogdetectie. Het heeft al meerdere mensenlevens gered.”

Een elektrische vlamboog ontstaat door geïoniseerde gassen tussen geleiders met een spanningsverschil. “Bijvoorbeeld als losse draden of kabels contact maken en vonken of ontlading veroorzaken. De eventuele aardlekschakelaar en installatieautomaat reageren daar niet op. Een aardlekschakelaar schakelt namelijk alleen af, als deze een lekstroom naar aarde detecteert. Doordat de aardlekschakelaar de installatie niet afschakelt, ontstaat een seriële vlamboog met een mogelijkheid op brand.” Ook als bij het boren van een gaatje in de muur de bedrading wordt geraakt en aders bloot komen te liggen, kan een parallelle vlamboog ontstaan. Kenmerkend voor een vlamboog is de grote thermische hitte die ineens vrijkomt, met een brand als mogelijk gevolg.

Installaties meer belast
Ook al worden de meeste elektrische installaties goed onderhouden, ze moeten wel steeds meer vermogen dragen, vindt Huybers: “Met z’n allen gebruiken we veel elektrische apparaten, waardoor de belasting op de elektrische installatie enorm is toegenomen. Nieuwe gebouwen tellen ook veel meer wandcontactdozen dan vroeger, waardoor de kans op slechte contacten is toegenomen. Juist daarin liggen de oorzaken van vlambogen en dus is het van groot belang om die bijtijds te detecteren.” Overigens verwacht Huybers wel dat vlamboogbeveiliging in de toekomst ook in Nederland verplicht wordt.

Automatisch
De vlamboogdetector AFDD (Arc Fault Detection Device) van ABB heeft een geïntegreerde installatieautomaat en is eenvoudig te monteren. Het apparaat detecteert niet alleen het risico op een vlamboog, maar beschermt de elektrische installatie ook tegen kortsluiting, overspanning en overbelasting. “Daarnaast beschikt de ABB AFDD over een continue zelftest om volledige veiligheid en continuïteit te waarborgen. Na detectie van een vlamboog schakelt het apparaat automatisch de installatie uit en wordt erger voorkomen. Daarna is het van belang om alle onderdelen, bedrading en dergelijke te controleren en de oorzaken van de vlamboog te achterhalen en weg te nemen.”

Brandveilig Bouwen Nederland start werkgroep voor rook- en warmteafvoer

Gepubliceerd op

Brandveilig Bouwen Nederland (BBN) is uitgebreid met een nieuwe productwerkgroep Rook- en WarmteAfvoer (RWA). Een rook- en warmteafvoerinstallatie wordt toegepast om in geval van een brand de vrijgekomen rook en hitte uit het gebouw te onttrekken en/of weg te ventileren. Hierdoor hebben aanwezige personen meer tijd het gebouw te ontvluchten en biedt het de brandweer zicht op de brandhaard. Ook wordt hierdoor het flashover moment uitgesteld of zelfs afgesteld, is een effectieve inzet mogelijk en wordt de schade beperkt. Continue reading

Installatiewereld heeft te weinig aandacht voor gevaar in koudwaterleidingen

Gepubliceerd op

Ondanks alle voorschriften die de laatste jaren zijn opgesteld, stijgt het aantal mensen dat jaarlijks in Nederland besmet raakt met Legionella. Steeds vaker vindt men de bron van de besmetting in de koudwaterleidingen. Door een verkeerd ontwerp kan koud drinkwater tot gevaarlijke temperaturen opwarmen. In veel gevallen ligt de oorzaak al bij het ontwerp of de bouw van een gebouw. Dit blijkt uit onderzoek van ISSO, kennisinstituut voor installatietechniek, uitgevoerd door Integron. Volgens het instituut zijn meer besmettingen te voorkomen, wanneer ontwerpers, bouwbedrijven, installateurs en beheerders van risicovolle installaties de bestaande wet- en regelgeving voor legionellapreventie naleven.

Cijfermatig is legionella een zeer serieus gevaar, bijna even groot als brand en gevaarlijker dan koolmonoxidevergiftiging. Het aantal doden ligt met 20 tot 30 sterfgevallen per jaar hoger dan het aantal mensen dat overlijdt door koolmonoxidevergiftiging. Vorig jaar raakten 324 mensen besmet met de legionellabacterie, tegenover 273 slachtoffers in 2015. Dat blijkt uit cijfers van het RIVM.

Besmetting onnodig
Volgens ISSO zijn meer besmettingen te voorkomen, wanneer ontwerpers, bouwbedrijven, installateurs en beheerders van risicovolle installaties de bestaande wet- en regelgeving voor legionellapreventie naleven. Uit het onderzoek blijkt dat maar liefst driekwart van alle gebouwen die in Nederland als risicovol worden bestempeld, op een bepaald moment een legionellabesmetting in de installaties heeft. ISSO is van mening dat de bouw- en installatiesector nog altijd onvoldoende aandacht heeft voor het voldoen aan de praktijkrichtlijnen voor veilige aanleg en beheer van leidingwaterinstallaties.

Te weinig aandacht voor koudwaterinstallaties
Uit het onderzoek komt naar voren dat waterinstallaties met koud water opvallend vaker met legionella besmet raken dan warmwaterinstallaties (respectievelijk 88% en 29%). Dat is opvallend, aangezien de juiste groeitemperatuur van de legionellabacterie tussen de 25 en 50 °C ligt. Zowel installateurs als adviseurs hebben jarenlang hun aandacht vooral gericht op warmwaterinstallaties. Dat Legionella toch welig tiert in koudwaterleidingen komt door ongewenste opwarming van koud water. Dit gebeurt wanneer leidingen door warme leidingschachten lopen of te dicht naast verwarmingsleidingen liggen. Dit probleem wordt vaak al in het ontwerp gecreëerd.

Samenwerking in de bouwkolom moet beter
Het onderzoek laat ook zien dat veel installateurs en adviseurs in de beheer en onderhoudsfase vaak voor voldongen feiten staan. Daardoor kunnen zij geen optimale situatie creëren. Installateurs komen vaak een gebouwontwerp tegen dat bijvoorbeeld geen aparte leidingschachten toestaat of betonnen vloeren waarin onvoldoende aandacht is om koud- en warmwaterleidingen ver genoeg uit elkaar te leggen. Conclusie is dat de hele kolom, van ontwerper tot installateur en adviseur, zich actief moet inspannen om een gebouw zonder ‘hotspots’ te realiseren.

Maatregelen
Naar aanleiding van de onderzoeksresultaten pleit ISSO voor betere en praktische informatievoorziening via een online informatieplatform. Daar kunnen adviseurs, ontwerpers, aannemers, gebouweigenaren en installateurs terecht voor informatie over legionellapreventie. ISSO wil daarnaast, liefst in samenwerking met brancheorganisaties zoals Bouwend Nederland en de overheid, ervoor zorgen dat gebouwen al in de ontwerpfase ‘legionellaproof’ zijn. Andere maatregelen die volgens het kennisinstituut voor installatietechniek kunnen bijdragen aan preventie van de bacterie zijn voorlichting aan gebouweigenaren en een database met foutmeldingen en best practices op het gebied van legionella. Het rapport met de resultaten is na te lezen via www.isso.nl.    

 

Herziene NEN 6090 voor bepaling vuurbelasting gepubliceerd

Gepubliceerd op

NEN heeft de herziene norm NEN 6090 ‘Bepaling van de vuurbelasting’ gepubliceerd. De norm is herzien omdat de vorige versie uit 2006 verouderd was en door nieuwe ontwikkelingen niet genoeg informatie meer bood. Belangrijkste wijziging is dat er nu onderscheid wordt gemaakt tussen permanente vuurbelasting en variabele vuurbelasting.

Methode
NEN 6090 geeft voorts een methode voor de experimentele bepaling van de netto-verbrandingswaarde van materialen. Indien wordt afgezien van deze bepaling, kunnen ook de waarden worden gebruikt volgens de informatieve bijlagen B en C van deze norm.

Bouwbesluit 2012
Met de herziening is de terminologie van NEN 6090 in lijn gebracht met die van het Bouwbesluit 2012. Daarnaast is de informatieve bijlage B uit 2006 vervangen door een nieuwe bijlage met kentallen voor het bepalen van de permanente vuurbelasting. Bovendien is in de informatieve bijlage D een voorbeeldberekening opgenomen van de permanente vuurbelasting van een kantoorgebouw, waarbij gebruik wordt gemaakt van bijlage B. Tot slot is een bibliografie toegevoegd.

Handzame lekstroomtang

Gepubliceerd op

De Megger DCM305E is een handzame True RMS stroomtang die is ontwikkeld voor het meten van zeer kleine (lek)stromen. Het instrument is bijzonder handig bij het vaststellen van problemen met aardlekschakelaars die zonder duidelijk aanwijsbare reden worden aangesproken. De DCM305E is voorzien van een laagdoorlaatfilter (50/60 Hz). Het contrastrijke display is voorzien van verlichting die automatisch wordt geactiveerd in slecht verlichte omstandigheden. Deze lekstroomtang heeft een resolutie van 0,001 mA AC en een meetbereik tot 100 A AC. Het toestel biedt een alarmfunctie met vaste grenswaarden van 0,25 mA, 0,50 mA en 3,5 mA AC. Bij overschrijding van deze grenswaarden geeft de DCM305E een akoestisch signaal en indicatie in het display.

Aanstaande erkenningsregelingen kort toegelicht

Gepubliceerd op

Er verschijnt momenteel berichtgeving in verschillende media over de op handen zijnde erkenningsregeling voor de branche. Daar blijkt vervolgens nogal wat misverstand over te bestaan. Het gaat in feite om twee ontwikkelingen: een erkenningsregeling voor alle installatievakgebieden en een regeling die alleen betrekking heeft op gasverbrandingsinstallaties (wettelijke regeling). Lees hierna de uitleg bij beide regelingen.

Privaatrechtelijke regelingen
Er is door Sterkin en KvINL een nieuwe, zwaardere concept-erkenningsregeling gepubliceerd voor meerdere installatievakgebieden. Het gaat hier om een privaatrechtelijke regeling die straks mogelijk onderdeel kan worden van de lidmaatschapseisen van Uneto-VNI. Wat betreft de privaatrechtelijke regelingen kunnen de kwaliteitsorganisaties straks berispen, schorsen en erkenningen intrekken.

Wettelijke regeling
Naar aanleiding van het rapport van de Onderzoeksraad voor Veiligheid naar ongelukken met koolmonoxide loopt momenteel een traject in samenwerking met het ministerie van Binnenlandse Zaken om te komen tot een zwaardere, wettelijke erkenningsregeling voor cv-installaties. Komend najaar stelt het ministerie van Binnenlandse Zaken de randvoorwaarden vast voor deze wettelijke regeling, die alléén betrekking heeft op werkzaamheden aan gasverbrandingsinstallaties. Het is mogelijk dat de conceptregeling die Sterkin en KvINL nu hebben gepubliceerd, nog aan die randvoorwaarden moet worden aangepast.

Als de wettelijke regeling van kracht wordt (streven is vanaf 1 januari 2019) dan moeten alle installatiebedrijven die werkzaamheden aan gasverbrandingsinstallaties verrichten aan de zwaardere, wettelijke eisen voldoen. Doen ze dat niet, dan zijn ze in overtreding.

Erkenningsregeling voor installateurs houdt branche in greep

Gepubliceerd op

Zoals gisteren gemeld op deze site hebben KvINL en Sterkin aan alle erkende installateurs een bericht gestuurd over een nieuwe erkenningsregeling voor alle installatievakgebieden. Komend najaar stelt het ministerie van Binnenlandse Zaken de randvoorwaarden vast voor een wettelijke regeling, die alléén betrekking heeft op werkzaamheden aan gasverbrandingsinstallaties. Het is mogelijk dat de conceptregeling die Sterkin en KvINL nu hebben gepubliceerd, nog aan die randvoorwaarden moet worden aangepast. Dit meldt branchevereniging Uneto-VNI vanmorgen in een persbericht.

Eind 2015 liet een rapport van de Onderzoeksraad voor Veiligheid zien dat er te veel ongelukken gebeuren met cv-installaties. De huidige erkenningsregelingen blijken geen waarborg voor kwaliteit en veiligheid.

De erkenningsregeling waaraan KvINL en Sterkin werken, stelt zwaardere eisen aan het installatiebedrijf en aan de opleiding en bijscholing van monteurs. Voor het aanleggen, onderhouden en repareren van cv-installaties is de opzet in grote lijnen vergelijkbaar met de eisen die gelden voor installateurs met het OK CV kwaliteitslabel.

Uneto-VNI werkt ook aan een nieuwe erkenningsregeling, in nauw overleg met het ministerie van Binnenlandse Zaken en de kwaliteitsorganisaties. De branchevereniging, zo staat in het persbericht, streeft daarbij naar een regeling die zorgt voor veiliger cv-installaties, zo min mogelijk administratieve rompslomp en werkbaar is voor alle ondernemingen, van grootbedrijf tot eenmanszaak.

Zodra er meer duidelijk is over de wettelijke erkenningsregeling brengt Uneto-VNI de leden schriftelijk én tijdens ledenbijeenkomsten op de hoogte. Bovendien ondersteunt de brancheorganisatie de leden en hun monteurs om straks aan de nieuwe (vakbekwaamheids)eisen te voldoen.

Lees hier de concept-erkenningsregeling.

 

KvINL en Sterkin leggen beoogde erkenningsregeling ter kritiek aan branche voor

Gepubliceerd op

KvINL en Sterkin gaan gezamenlijk een erkenningsregeling introduceren die beter moet voorzien in de eisen van opdrachtgevers. De conceptversie van deze zogeheten erkenningsregeling 2.0 is nu ter kritiek aan de branche aangeboden. Belanghebbenden en installatiebedrijven kunnen tot 8 september reageren op dit concept. Vanaf 1 januari 2019 moeten alle installatiebedrijven en monteurs die zich bezighouden met het installeren en onderhouden van cv-installaties voldoen aan een wettelijke erkenning en daarmee aan minimale eisen voor vakbekwaamheid en (bij)scholing.

De beide stichtingen, verantwoordelijk voor kwaliteitsregelingen en -verbetering in de installatiebranche, zijn van mening dat zij met een aanscherping van de bestaande regelingen de kwaliteit en de veiligheid van cv-installaties aanzienlijk beter kunnen borgen. De bestaande erkenningsregelingen zijn met name gebaseerd op opleiding en kennis van de zgn technisch beheerder, ofwel de werkverantwoordelijke binnen het installatiebedrijf. De concept erkenningsregeling 2.0 is nadrukkelijk gericht op het beheersen van de risico’s bij het ontwerp, de aanleg en het beheer en het onderhoud van voorzieningen in woningen en woongebouwen.

Deze versie geeft het raamwerk voor een zwaarder niveau van toekomstige KvINL & Sterkin erkenningsregelingen. De specifieke eisen per techniekgebied zullen in een later stadium worden toegevoegd in de bijlagen. Aspecten die onder andere aan de orde komen zijn kwalitatieve eisen met betrekking tot:

-opleiding en bijscholing betrokken verantwoordelijke medewerkers;
-beschikking over voorgeschreven en onderhouden outillage (normen en gereedschappen);
-het uitvoeren van werkzaamheden overeenkomstig wetgeving, normen en overige van toepassing zijn voorschriften;
-systeem van aanwijsbeleid en interne controles;
-het documenteren van de eigen controle van werkzaamheden, en de installatie.

De kritiekversie erkenningsregeling 2.0 is hier te downloaden.

KvINL is ontstaan uit de fusie van KBI (Stichting Kwaliteitsborging Installatiesector) en SEI (Stichting Erkenning Installatiebedrijven) en is opgericht voor de kwaliteitsborging binnen de Installatiesector. Opdrachtgevers, aanbieders en overheden werken binnen KvINL samen aan een gegarandeerd kwaliteitsniveau van producten, processen en diensten in de installatiesector. Installatiebedrijven kunnen bij KvINL terecht voor het voldoen aan erkenningen en certificeringsregelingen.

De doelstelling van Stichting Sterkin is het bevorderen van de aanleg van veilige installaties. Hiertoe voert Sterkin een aantal erkenningsregelingen voor de installatiebranche uit en verzorgt ze voorlichting aan installateurs. Het voeren van erkenningsregelingen was een taak die vroeger bij de energiebedrijven was ondergebracht. In 2003 hebben deze bedrijven dit overgedragen aan de onafhankelijke stichting Sterkin.

Recordaantal legionellabesmettingen in 2016

Gepubliceerd op

In 2016 is een recordaantal legionellabesmettingen in ons land geconstateerd, meldt het RIVM in een rapport. Het ging om 342 mensen, tegen 273 in 2015 en 214 in 2014. Inclusief Nederlanders die in het buitenland besmet raakten, werden in 2016 464 mensen besmet met Legionella. In 2010 was het totaal aantal besmettingen met 473 iets hoger, maar toen liepen meer Nederlanders de bacterie in het buitenland op.

Voor 2010 was er volgens het RIVM een aanwijsbare oorzaak voor het hoge aantal besmettingen. De zomer was nat en warm, wat ideale omstandigheden zijn voor de legionellabacterie. In 2016 was die oorzaak er niet. Er waren meer kleine uitbraken, waarbij de bron van de besmetting niet kon worden vastgesteld. In mei en juni waren de uitbraken toe te schrijven aan de vele regen die in de weken daarvoor was gevallen, maar bij de andere pieken was de oorzaak onduidelijk.

De methode om een legionellabesmetting te ontdekken, is vorig jaar iets verbeterd, maar volgens het RIVM kan dat niet als enige de toename verklaren.

De voorlopige cijfers van 2017 zijn tot nu toe op of boven het gemiddelde.

Invoering privatisering bouwtoezicht opgeschort

Gepubliceerd op

Het bedrijfsleven gaat vooralsnog niet het toezicht op de bouw van huizen en andere gebouwen voeren. De privatisering van dit toezicht stuitte gisteren op bezwaren van de Eerste Kamer. De minister stelt de maatregel een jaar uit. Verschillende partijen in de Eerste Kamer vroegen zich af of de gemeente straks nog wel in staat is om in te grijpen als het misgaat. Die taak blijft namelijk nog steeds voorbehouden aan de gemeente. De brand van vorige maand in een Londense woontoren heeft dit onderwerp extra in de belangstelling gezet. Minister Plasterk gaat vrijdag a.s. in de ministerraad bespreken of hij het wetsvoorstel kan aanpassen om de zorgen weg te nemen.

Voorafgaand aan de behandeling van dit wetsvoorstel in de Eerste Kamer riepen Amsterdam, Rotterdam, Utrecht en Den Haag de Kamer al op om het wetsvoorstel over de privatisering van het bouwtoezicht te verwerpen. Ze vrezen dat het toezicht op de bouw van kantoren, flats en huizen verslechtert als een private aanbieder de controle gaat overnemen. Nu zijn de gemeenten nog verantwoordelijk voor het toezicht en de handhaving op de bouw.